Landmeetkundig-Ingenieur. De Vereeniging van Burgerlijke Ingenieurs besloot in hare vergadering van 18 Juli 1891 „een onderzoek in te stellen, of en zoo ja, welke wijzigingen in het onderwijs aan de Polytechnische School te Delft met het oog op de opleiding van den ingenieur en technoloog wenschelijk worden geacht". Daartoe werd eene commissie benoemd die onder meer aan een aantal bekende technici vragen deed. Wij nemen hier uit het Verslag dier com missie alleen over de antwoorden op dat deel der vraag: of het wenschelijk is nieuwe diploma's aan de P. S. verkrijgbaar te stellen, dat betrekking heelt op een diploma voor landmeetkundig-ingenieur. Delfts Sttidenten-corps, Commissie voor de behartiging van Studenten belangen: De landmeters zouden, gelooven wij, wel in het kader van de P. S. passen. Het bezwaar tegen een te groote dosis wiskunde vervalt, wanneer men dat vak ook geheel omwerkt en aan elke faculteit geeft, wat haar toekomt. Joseph Th. J. Cuypers: De voorstellen om nog drie andere ingenieurs diploma's toe te kennen komt den ondergeteekende zeer wenschelijk voor. J. van Hasselt. Dat ook zij, die zich hoofdzakelijk op landmeetkunde toeleggen, aan de Polytechnische school hun opleiding kunnen ontvangen, is zeker geen onbillijke eisch. Voor landmeetkundige ingenieurs is naar mijne meening de stof aanwezig bij de tegenwoordige regeling van het onderwijsik twijfel echter of de be handeling van die stof, die ingericht is voor de eischen van het diploma van civiel-ingenieur, geschikt is voor de studie van den landmeetkundig ingenieur. Veel wat nu over een langen tijd verdeeld is, zal voor hem in korteren tijd moeten verwerkt worden, om de gelegenheid te laten voor practische oefe ningen. Of nu de twee cursussen door één persoon kunnen gegeven worden, durf ik niet beslissen. J. de Kuyser: Een groote splitsing der diploma's is dunkt mij niet aan te raden, de speciaal ingenieur in scheepsmachines, locomotieven etc. vormt zich eerst in de praktijk. 1) Verslag der commissie in zake het technische onderwijs, 's Gravenhage, 1895,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1896 | | pagina 60