Papier, (veldaanteekeningen)
De lezing van een geschrift van de hand van Dr. M. Grëshoff
onderdirecteur-scheikundige van het Koloniaal Museum te Haarlem,
getiteld: „over de deugdelijkheid en het onderzoek van papier", en
ten doel hebbende de noodzakelijkheid aan te toonen van een Staats-
contróle op de deugdelijkheid van papier, geeft mij aanleiding de
aandacht te vestigen op een gebruik bij de kadastrale administratie,
dat, naar het mij voorkomt, noodzakelijk moet worden veranderd.
Dr. Grëshoff toont in dat geschrift aan, door eigen onderzoe
kingen en met voorbeelden, dat er in Nederland iets gebeuren moet
om een einde te maken aan het door niemand en niets gekeerde
geknoei in het papiervak, dat onze boeken, kaarten en geschriften
ontijdig bederft.
Met Dr. Grëshoff hoop ik dat er spoedig afdoende maatregelen
worden genomen tegen dat en mogelijk ook tegen ander ge
knoei maar daarop te wachten schijnt mij niet raadzaam nu door een
bevoegd geleerde is gewezen op het gevaar waaraan wij blootstaan,
bij het gebruik maken van ongecontroleerd papier.
Ik weet niet in hoeverre het papier van Rijkswege verstrekt voor
minuutplans, hulpkaarten, metingstaten enz. onderzocht is, en voldoet
aan de eischen die men moet stellen aan papier gebruikt voor dege
lijke blijvende stukkenin het belang van het kadastraal archief
hoop ik, dat men daaromtrent gerust kan zijn.
't Is dan ook niet daarop dat ik de aandacht wilde vestigen, want
hoe belangrijk ook minuutplans enz. zijn er zijn, nog belangrijker
stukken behoorende tot het kadastraal archief, waarvoor papier wordt
gebruikt dat zeer zeker niet onderzocht is. Het zijn de veldaan
teekeningenstukken waaruit de minuutplans en hulpkaarten opnieuw
zouden kunnen vervaardigd worden, wanneer dat eventueel noodig