42 maken van de bevoegdheid om le vervolgen van minuutplans in te voeren aangevoerd, mijne bedoeling is geenszins om het nut dier kaarten voor sommige gevallen te onderschatten. Er zijn bladen van steden, veenderijen, bedijkte buitengronden, enz., waarop overwegend veel opvolgende veranderingen voorkomen, welke ik tot le vervolgen van het minuutplan zou willen verheffen, evenwel onder voorwaarde, dat met één oogopslag de onveranderde oor spronkelijke grenzen onderscheiden kunnen worden van de suppletoire. Vooral bij de voorgestelde wijze van vernieuwing, waarbij aftrek king der hulpkaarten regel is, acht ik dit noodig. Met een weinig meer moeite kan dit voordeel worden verkregen, door bij het in inkt zetten gebruik te maken van 2 kleuren, bijv. voor de minuutgrenzen van donkerblauw en voor de suppletoire van zwart. Ziedaar in 't kort mijne wenschen betreffende voorschriften, welke de vernieuwing der bijbladen binnen eene te schatten tijdruimte zouden mogelijk maken. Idealen over een nieuw bijblad, 't welk behoort bij een minuutplan der primitieve meting, houd ik er niet op na, omdat aan de gegevens waaruit het moet worden samen gesteld onherstelbare gebreken kleven. Maar nuttig in de hoogste mate voor de instandhouding van het bestaande kadaster acht ik eene spoedige algemeene vernieuwing der bijbladen. Elke uitbreiding der taak van den bijbladist moet dus zooveel mogelijk worden vermedenslechts eene uitzondering zou ik willen maken bij de vernieuwing van versleten minuutplans. De minuutstand mag nooit verloren gaandreigt daarvoor gevaar dan moet dit door het vervaardigen eener kopie worden afgewend. Voorts zij nog opgemerkt, dat het aanbeveling zou verdienen om het her stellen van gehavende minuutplans te doen geschieden op ééne plaats voor het geheele rijk. Een ambtenaar zou dan met het toezicht op die werkzaamheden kunnen worden belast en er voor moeten zorg dragen, dat de bladen vlak en op maat blijven en wat thans veelal niet het geval is. De personen, boekbinders en dergelijken, aan wien doorgaans het restaureeren onzer kostbaarste stukken wordt toevertrouwd, zijn niet in het bezit der vereischte hulpmiddelen en kunnen zich die voor het betrekkelijk gering aantal exemplaren, waarvoor hun hulp wordt ingeroepen, ook niet aanschaffen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1897 | | pagina 44