70
brengen, 6 x 100000 Rds. aan brieven van crediet, ieder van 1000
Rds,, mits daarvan alleen gebruik makende tot het doen van be
leeningen op vaste goederen, doch vervolgens gangbaar en acceptabel,
zoo in de kas van het land, als onder particulieren.
Het landgoed „Buitenzorg" is door Uaendels op den vorigen
voet overgenomen en betaald.
Later werd het aan hem door de Hooge Regeering in particulier
eigendom afgestaan.
De gebouwen op „Buitenzorg" werden bewoonbaar gemaakt, het
middelgebouw er bijgevoegd en was het voornemen van Daendels
om het in dien staat met een klein gedeelte van dat door ver
beterde inrichtingen important geworden „Landgoed" aan de Hooge
Regeering tegen een matigen prijs aan te bieden om te strekken
tot een principaal verblijf van een nieuwen Gouverneur-Generaal.
De woning van Weltevreden werd door de Hooge Regeering over
genomen voor 135000 Rds. papieren geld; het landgoed Kwitang
voor 40000.
Uit den brief van den Gouverneur-Generaal Daendels aan den
Minister van Koloniën dd°. 25 April 1810, is het volgende ge
trokken
Buiten de behuizingen van Buitenzorg werd aan het Land weer
afgestaan het eigenlijke „Bloeboer" gelegen voor en achter het huis
ter lengte van ruim 2 uur.
In die dagen werd er wederom eene proef met de colonisatie ge
nomen. Men besloot in het distrikt „Malang" stukken grond uit te
deelen aan diegenen, welke zich aldaar wilden vestigen met toe
zegging dat zij er later eigendom van konden verkrijgen.
Onder Soerabaja en Samarang zouden verscheidene landen aan
particulieren verkocht worden.
Onder Samarang zouden de perceelen niet grooter mogen zijn
dan 500 morgen en moest daarbij in het oog worden gehouden, dat
elk van hen hetzij aan de rivier, of aan den grooten weg of aan
zee gelegen moest zijn.