BERICHTEN.
Bij K, B. van 5 April 1897 N°. 42, is benoemd tot bewaarder
van de hypotheken, het kadaster en de scheepsbewijzen en tot
ontvanger der registratie en domeinen te Deventer, B. C van
Berkel, thans ontvanger der registratie en domeinen te Amersfoort.
Aan C. A. C. Last te Groningen is op zijn verzoek met 15 April
1897 eervol ontslag verleend als teekenaar van het kadaster.
Met 1 Juni 1897 is W. L. Haarman te Groningen benoemd tot
teekenaar der 3e klasse van het kadaster aldaar.
Bij K. B. van 23 April 1897 N°. 24 zijn met 1 Mei d. a. v.
benoemd tot landmeter der le klasse van het kadaster J. J. van
Dullemen, C. G. van Hattum, A. Griffijn, A. S. Keurschot,
F. G. Stucki, P. Sillevis, J. F. H. Meijer, F. P, M. Baetens,
C. J. D. van Eek en P. J. Hogenhuis, allen landmeter van
de 2e klasse, tot id. van de 2e klasse: J. W. A. Zeiler, D. D.
van den Bout, H. A. van der Zanden J. L. de Lange, P. W.
G. Romijn, J. G. A. Boon, J. W. den Hartogh, F. A. Bonté,
A. W. van Ameijden en A. J. Welling, allen landmeter van
de 3e klasse, tot id. van de 3e klasse: G. Old en ziel, A. G.
Th. de Neijn van van Hoogwerff, P. J. F. Kater, J. W. ten
Braak en L. F. Leijendeckers, allen landmeter van de 4e klasse.
Bij hetzelfde K B. zijn de inkomsten van al de landmeters van
het kadaster op nieuw vastgesteld.
De landmeter van het kadaster H. A. van der Zanden te
Roermond wordt met 1 Augustus e. k. werkzaam gesteld voor den
velddienst te Middelburg.
De adspirant-landmeter J. D. Krijgsman te Utrecht wordt werk
zaam gesteld bij de hermeting van Hardinxveld c. a.
De boekhouder van het kadaster J. J. F. Snij horst te Breda
wordt met 1 Augustus e. k. verplaatst naar Rotterdam.
De teekenaar van het kadaster C. G. Richel wordt met 1 Juli
e. k. verplaatst van Dordrecht naar Rotterdam en de boekhouder
van het kadaster G. J Manders met 1 Augustus d a. v. van Goes
naar Breda.