99 die het voorwerp van bezit of eigendom van een bepaald persoon uitmaken, individueel worden bezeten. In den regel is dit niet het geval. Wel is vroeger door of van wege het Gouvernement hier en daar onbebouwde grond aan be paalde personen in eigendom afgestaan of het eigendomsrecht dier personen op zoodanige gronden erkend. Dit is ook gedeeltelijk waar, wat betreft de ongko's of jachtterreinen, voor zoover die namelijk als ornement (ambtelijk landbezit) aan de regenten zijn afgestaan. Ook kunnen onbebouwde gronden aan bepaalde personen ter ont ginning worden afgestaan, maar die moeten dan ook binnen den daar toe bepaalden termijn ontgonnen worden, de ontginner verliest weder alle eigendomsrecht op die gronden, zoodra zij op nieuw tot den staat van woestheid zijn teruggekeerd. Over het algemeen geldt hier de regel dat een ontgonnen, doch weder verlaten stuk grond, voor zooveel tuingronden betreft, geacht wordt weder tot den staat van woestheid te zijn teruggekeerd, zoodra het 3 jaren lang is verlaten of het weder met jong opgaand hout, struiken of alang-alang en ander onkruid is begroeid, en er geen ompaggering meer bestaat, terwijlvoor zooveel tot sawaks ontgonnen gronden aangaat, zulks plaats heeft zoodra de galangans (dijkjes) niet meer zichtbaar en de velden met onkruid of struikgewas begroeid zijn, hetgeen in den regel eerst plaats heeft na braakligging van minstens 10 en soms van 30 jaren. De vraag hoe lang de eerste ontginner daarop nog rechten kan doen gelden, moet voor de afdeelingen Makassar en de Noorderdistricten als volgt beantwoord worden. De eerste ontginner van een stuk onbebouwde grond (voor zooveel de tot tuinen ontgonnen gronden betreft) verliest zijn recht daarop, als die grond meer dan driejaren heeft braak gelegen, geen omheining meer bestaat, of die grond weder is begroeid met jong opgaand hout, alang-alang en ander onkruid, en voor zooveel tot sawahs ontgonnen gronden aangaat, zoodra die van 530 jaren hebben braakgelegen en de galangans niet meer zichtbaar zijn. Indien de rechten van den ontginner verloren zijn gegaan, worden de tot een staat van woest terruggekeerde of verlaten gronden, in de afdeeling Makassar, geacht aan den Souverein (het Gouvernement) te vervallenin de afdeeling Noor der districten daarentegen aan de kampong

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1898 | | pagina 105