122 De volle werkkring van het grondsyndicaat is nauw verwant aan de Meliorations-arbeiten; 1een deel van het arbeidsveld kan ge vormd worden door de landverleggingen, deze worden in art. 1 van de wet van 22 December 1888 niet met name genoemd, doch kunnen gebracht worden onder alinea 10 van dat artikel„et de toute autre amélioration agricole d' intérêt collectif." Als overzicht van dit art. zegt het verslag; „zij kunnen worden opgericht tot het aanleggen en onderhouden van werken tot water- keering, waterafvoer, drooglegging, zoutwinning, landverbetering, bevloeiing, colmatage 2) en drainage, zoomede voor veldwegen en alle andere verbeteringen van landbouwverhoudingen die het karakter dragen van een gemeenschappelijk belang." Het Nederland van onze dagen weet nog van geen middelen tot opheffing der nadeelen van de al te groote versnippering van het grondbezit; onze voorouders gaven van beter inzicht in deze aange legenheid blijk dan wij tot nog toe deden. Op het einde der 17do eeuw kende men op sommige plaatsen een voorkooprecht en recht van naasting. Vooral in het Drentsche landrecht zijn uitvoerige bepalingen, uitmuntend geschikt om de verspreide ligging van het eigendom tegen te gaan, ten opzichte van een soort Anerbenrecht te vinden. Zonder invoering van nieuwe rechtsbeginselen en zonder noodelooze inbreukmaking op het eigendomsrecht, meent de commissie den weg gevonden te hebben ter bestrijding van een kwaad, dat ongehinderd gedurende jaren £n jaren kon voortwoekeren. Het is ons verboden de Duitsche wetgeving te volgen; volgens onze Grondwet mogen geschillen over eigendom niet ter beslissing worden opgedragen aan de administratieve macht, art. 153, daarbij kent ons Burgerlijk Recht geen gedwongen levering buiten onteigening. Vooral art. G39 van ons Burgerlijk Recht is het struikelblok der hervorming, daarom is het beginsel der onteigening het eenige middel, dat tot opruiming kan dienst doen. Zie Encyclopadie und Methodologie der Culturtechnik. Dr. Friedrich Wilhelm Dünkelberg. Zweiter Band. 1883 bldz. 10 5. 2) Niveauverhooging door opslibbing.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1898 | | pagina 128