159
Enkele bestaande gebouwen of beplantingen mochten, als ze
voor de goede gesteldheid der rivieren hinderlijk werden geoor
deeld, door of op last van de Commissie van Superintendence
worden geamoveerd.
Kribben of werken, door de Commissie voor de goede gesteld
heid der rivieren noodig geoordeeld, moesten door den wettigen
eigenaar van het oeverland te zijnen koste worden aangelegd of,
als deze weigerde, ten koste van den Lande gemaakt worden.
Volgens art. 11 werden: „Alle wetten, publicatien, bepalingen
of usantien of gedeelten van dien, welke met deze bepalingen
strijdig zijn" gehouden voor vernietigd.
We treden dus hier wederom een nieuw tijdperk binnen, wat,
het moet erkend worden, geopend wordt met een wet die althans
ten opzichte van het rivierbeheer aan duidelijkheid niets te wen-
schen overlaat. Maar deze bepalingen, hoe fraai ze ook waren,
bestonden in de eerste helft dezer eeuw uitsluitend op het papier.
De uitvoering der wet was heel wat minder beslist dan de wet
zelf en zoodoende had zij, in de eerstvolgende 50 jaren, niet het
resultaat wat er, in het belang van de rivier en de veiligheid der
oeverbewoners, van verwacht mocht worden.
Toch mogen we deswegen niemand hard vallen. In de tijden
die volgden op het korte bewind van den Raadpensionaris Rutger
Jan Schimmelpenninck, door wien de wet geteekend is, hadden
onze grootvaders en overgrootvaders te zeer met ernstige moeilijk
heden, zoowel van politieken als van finantieelen aard te kampen,
om zich met bijzaken erg druk te maken.
De herhaalde bestuurswisselingen lieten hun weinig tijd tot rustig
denken. Ook mogen we 't hun niet euvel duiden, dat ze in die
benarde tijden niet de middelen vonden om de kosten, welke een
behoorlijke uitvoering der aangehaalde wet tengevolge moest hebben,
uit 's Lands kas te betalen.
Tegen het midden van onze eeuw werd de drang, door de
behoeften van het moderne verkeersleven uitgeoefend, te sterk om
langer werkeloos te blijven. In 1849 had de eerste internationale
Rijnbevaring plaats en met dezen officieelen verkenningstocht begint
het werken en streven van onzen Waterstaat, 't welk tot resultaat
heeft gehad, dat onze rivieren, van vaarwaters waarover slechts