222 sproken en dat hij er van overtuigd is, dat de discussiën niet onvruchtbaar zullen zijn, waarom hij verklaart zijn voorstel in te trekken. (Applaus.) De Voorzitter brengt hulde aan het conciliant optreden der strijdende partijen en wenscht er de vergadering geluk mee, dat zij blijk heeft gegeven in netelige omstandigheden als deze de zaken te kunnen behandelen als thans het geval is geweest, zonder te leiden tot verwijdering of scheuring. Na de pauze wordt de mededeeling van den Voorzitter, dat de heer Boer zich weder bereid heeft verklaard de redactie op zich te nemen, met toejuiching begroet. Hierna hield de Heer E. R. de Vries zijne aangekondigde lezing over het onderwerp: „De rechten op aanwassen langs onze groote rivieren in verband met het Ontwerp tot herziening van het Burgerlijk Wetboek". Deze lezing werd reeds in haar geheel in het Tijdschrift opge nomen. De vergadering volgde den spreker met onverdeelde aandacht en nadat deze geëindigd had en het welverdiend applaus tot rust was gekomen brengt de Voorzitter hem dank voor zijne even belangrijke als leerzame voordracht. De Voorzitter brengt dank aan de heeren Hamelberg en Smeets voor hunne diensten bij de stemming bewezen. De Voorzitter zich richtende tot den heer Vierkant, het af tredende bestuurslid, zegt: Met leedwezen zien wij U gaan, het samenwerken met U laat de aangenaamste herinneringen achter; overvloedig hebt gij bijge dragen tot de uitkomsten in het afgeloopen jaar verkregen; uit naam van ons allen breng ik U, voor de moeite en inspanning, die gij U hebt getroost, hartelijken dank. Op de vraag of een der aanwezigen nog iets wil mededeelen, dankt de heer E. J. Griffijn den Voorzitter voor de leiding der vergadering en sluit deze de 15e algemeene vergadering. De Secretaris M. DE Vos.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1899 | | pagina 226