BERICHTEN.
Benoemingen tot bewaarder van de hypotheken, het kadaster
en de scheepsbewijzen.
Bij K. B. van 1 December 1899 N. 49 te Goes: A. Tukker,
thans ontvanger der registratie en domeinen te Hulst.
Bij K. B. van 7 December 1899 N. 8 te Zwolle: A. F. W.
Jordaan, thans inspecteur der registratie en domeinen aldaar.
Bij K. B. van 29 Dec. 1899 N. 24 te Rotterdam: J. J.
Heerma van Voss, thans ontvanger van het recht van successie
N. 2 te Amsterdam.
Bij K. B. van 29 Dec. 1899 N. 25 te Tiel: J. Kisselius,
thans inspecteur der registratie en domeinen te Heerenveen.
Met 1 Mei 1900 zijn verplaatst de landmeters van het kadaster
W. Vruggink van 's Hertogenbosch naar Breda en J. W. ten
Braak van Winschoten naar 'sHertogenbosch.
De met 1 Januari 1900 benoemde adspirant-landmeters zijn
werkzaam gesteld voor de kadastrale boekhouding aan de kantoren
van bewaring als volgt: H. F. van Riel te Arnhem, G. E. Kater
te Roermond, C. A. Feteris te Utrecht, J Zijlstra te Leeuwar
den, K. P. Westhoeve te Rotterdam, G. W. van Dijk te
Groningen, J. H. de Wal te Deventer, H. F. C. Smeulders te
Breda, P, C. T, Teebaal te 's Gravenhage, P. J. ter Plegt te
Alkmaar, M. A. Hollestelle te Goes, G. W. Kloosterboer
te Almelo, E. J. Roelofs te Winschoten, P. J. Hamelberg te
Zutfen en J. C. Hoogenboom te 's Hertogenbosch.
