26 waren ingezonden, zijn de heeren W. J. de Haan, de Vries en Vierkant bij Z.Exc. den Minister ter audiëntie geweest. Aan vankelijk was de stemming van Z.Exc. ten opzichte van de landmeters minder gunstig. Z.Exc. had verwacht, dat na de door hem aangebrachte ver betering het geheele korps landmeters tevreden zou zijndat de reorganisatie veel geld had gekost, 't welk grootendeels ten goede was gekomen aan de minder bezoldigde landmeters, waardoor velen van hen f 300 waren vooruitgegaan dat bij de laatste regeling nog eene onbillijkheid ten opzichte van andere landmeters was weggenomen, hetgeen ook weer ongeveer f 6000 van den Staat had gevorderd; zoodat Z.Exc. niet kon begrijpen, dat er nu nog reden tot klagen bestond. Bij dezen gedachtengang van Z.Exc. kreeg de commissie dadelijk den indruk dat Z.Exc. van de ingezonden stukken nog geen kennis had genomen, wat later ook bleek werkelijk het geval te zijn. Het is der commissie echter gelukt de gedachtengang van Z.Exc. in eene andere richting te leiden door er op te wijzen, dat wel is waar de zoogenaamde oude 3e klassers momentelijk finantieel waren vooruitgegaan, maar dat in de toekomst hunne vooruit zichten veel waren verminderd, terwijl de promotiekans weinig was verbeterd; daar volgens de berekeningen, die Prof. van Pesch nog te roosklenrig noemt, die ambtenaren welke nu reeds -T 40 jaar oud zijn en reeds nagenoeg 20 dienstjaren achter den rug hebben eerst in 1907 2e klasse en in 1918 Is klasse zullen zijn. Toen men verder Z.Exc. opmerkzaam maakte op de verschillende gebreken, die de tegenwoordige regeling aankleven, werd gaandeweg Z.Exc. welwillender in zijne meening en toen men er ten slotte op wees dat alle bezwaren zouden worden opgelost door de tractementsregeling naar dienstjaren, aan Z.Exc. ter overweging aangeboden, waarvan men de zekerheid had, dat ze alle land meters zou bevredigen en die, volgens nauwkeurige berekeningen, nagezien door Prof van Pesch, in de eerste jaren weinig meer en later minder aan den Staat zou kosten, dan op het oogen- blik het geval is, toen was Z.Exc. eerlijk genoeg om te bekennen,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1899 | | pagina 26