45
en rechtsgevoel de ingezetenen zóó groot belang hebben, niet
voortdurend in dat rechtsgevoel worden gekrenkt en zoo een
prikkel krijgen om hun ambt zoo weinig ijverig mogelijk te vervullen.
In naam dus van het Staatsbelang meen ik dat wij verandering
en verbetering mogen bepleiten.
Indien deze vergadering zich in dien geest uitspreekt, geloof ik
dat reeds een eerste stap zal zijn gedaan in de gewenschte richting.
Moge het debat tot dien stap leiden.
Debat.
Als de inleider het spreekgestoelte heeft verlaten, uit de Voor
zitter een hartelijk woord van dank, voor de tactvolle wijze waarop
hij de vergadering heeft rondgeleid op een terrein, zoo vol voetangels
en klemmen en hij opent de gelegenheid tot debat. Melden zich
aan de heeren Gombault, Boer, Barenbroek en de Vries.
De heer Gombault begint met den inleider hulde te brengen
voor de wijze waarop door hem het onderwerp in kwestie is
behandeld; zijnerzijds onderschrijft hij gaarne wat door den heer
van der Veur is aangevoerd tegen het ongemotiveerde uitsluiten
uit bestaande bepalingen van het corps landmeters van het kadaster
en hij erkent dat de grieven, daardoor bij de landmeters opgewekt,
recht van bestaan hebben, doch hij kan met de conclusie van
den inleider niet meegaan. Aannemende de gestelde voorwaarden
dat de ambtenaar behoort te zijn zuinig en eenvoudig, meent hij
dat de vergoeding van reis- en verblijfkosten zoo behoort te zijn
geregeld, dat de ambtenaar die in Staatsdienst reist, daaruit geen
voordeel trekt, doch dat hij wordt schadeloos gesteld voor alle uit
gaven die het noodzakelijk gevolg zijn van het reizen. Hij zou
het dus wenschelijk achten, dat het thans bij de landmeters ge
bruikelijke stelsel, ontdaan van zijn schrielheid, werd toegepast op
alle ambtenaren.
De heer Boer wil alleen den inleider een paar inlichtingen vragen.
Voor de rede van den inleider heeft hij allen lof, hij kan met
den inhoud daarvan en met de conclusie dat het tarief ook op de
J. C. VAN DER VEUR.