56 wordt vermenigvuldigd door den teekenaar; gelijk we reeds op merkten, bestaat hierin op het oogenblik hoofdzakelijk zijn dienst verrichting. Deze verhouding van den teekenaar tot den landmeter is te eenvou dig, te onbeduidend en kan, bij de steeds klimmende eischen van den kadastralen dienst, op den duur onmogelijk worden gehandhaafd. De teekenaar moet zich minstens ontwikkelen tot wat men in Duitschland noemt: ^ein guter Zeichner, zimerlassiger Kartierer und in Berecknungsarbeiten erfahrener Gehilfe Om zich echter tot dat standpunt op te werken ontbreekt aan de meeste bestaande ambtenaren de algemeene ontwikkeling hier toe noodig. Eenmaal tot die hoogte opgeklommen, kan de teekenaar zijn de zeer gewaardeerde hulp van den landmeter voor den gewonen velddienst, en van den landmeter belast met de vernieuwing van het kadaster, ja met de medewerking van dien aldus gevormden teekenaar kan deze vernieuwing goedkooper en ongelijk sneller plaats vinden dan thans. De Nederlandsche Staat meent, behalve het korps teekenaars, voor de richtige uitoefening van den kadastralen dienst noodig te hebben: 190, zegge één honderd en negentig landmeters. Een respektabel getal, wanneer men bedenkt, dat in vereeniging met een goed onderlegd en behoorlijk ontwikkeld, maar talrijker dan tegenwoordig, teekenaarspersoneel, ongeveer de helft voldoende zou wezen. De tijd zal aanbreken waarop ook de Regeering zal inzien, dat een oordeelkundige verdeeling van den voorhanden arbeid tusschen de landmeters en de teekenaars aan alle betrokken partijen in hooge mate ten goede zal komen. Tot zoo'n verdeeling van arbeid zal echter nimmer kunnen worden overgegaan, indien men blijft vasthouden aan de afkeurenswaardige wijze, waarop tot op heden het teekenaarspersoneel wordt gekweekt. Wil het heden niet meer nog dan het reeds doet, aan de toe komst de handen binden, dan dient de tot nu toe bewandelde weg te worden verlaten; dan is het dringend noodig, ook bij het aan stellen van teekenaars, een onderzoek te doen plaats hebben naar de algemeene ontwikkeling der zich aanmeldende candidaten.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1899 | | pagina 56