60 De heer Meijer keurt met den inleider, den bestaanden toestand ten zeerste af, hij vindt het verkeerd dat aan jongelieden een vaste aanstelling als rijks-ambtenaar wordt uitgereikt, zonder dat nog gebleken is of zij bekwaam en geschikt zullen zijn voor den hun wachtenden werkkring. Hij gelooft echter niet, dat een examen naar louter theoretische kennis daarin veel verbetering zou brengen en daarom zou spreker de voorkeur schenken aan een regeling, die een voorafgaande practische opleiding bij een landmeter verplichtend stelde. Dan vraagt hij zich af, is het wel zoo noodig dat de teekenaars bekend zijn met gonio- en trigonometrie. Gaat men na welk keurig werk bij het kadaster in Indië geleverd is door de mantris, hoe die personen, zonder wetenschappelijke opleiding, met succes de diensten verrichten die men hier van een teekenaar zou wenschen, dan blijkt voldoende, welke goede resultaten een uitsluitend practische opleiding geven kan. Nog wijst hij er op, dat de aangestelden onvoldoende geoefend zijn, voor de werkzaamheden ter vernieuwing van bijbladen is er voor hen niet den minsten prikkel bestaat, zich met dat gedeelte van den dienst vertrouwd te maken, daar meerdere of mindere geschiktheid geen invloed meer heeft op hunne periodieke, vooraf verzekerde tractementsverhoogingen. De heer van der Veur was na het verschijnen der jongste resolutie, inzake de aanstelling van teekenaars, toevallig samen met eenige onderwijzers uit den Haag, bij die gelegenheid was een vergelijking gemaakt tusschen den loopbaan van een onder wijzer en van een teekenaar van het kadaster. Toen was er op gewezen dat een onderwijzer (met hoofdacte, doch geen hoofd der school) in den Haag gemiddeld 870 inkomen geniet, terwijl een teekenaar, die zonder examen kan worden aangesteld, een inkomen geniet van ƒ600 1500. Hij voor zich meent, evenals de bedoelde onderwijzers, dat zoo iets bevreemding wekt. Hij acht een examen zeer wenschelijk, ook de teekenaars zei ven moesten, naar hem voorkomt, in t belang van hun eigen corps, op de invoering van een examen aandringen. Het door den inleider geschetste programma lijkt hem evenwel wat te uitgebreid, goniometrie, trigonometrie en duitsch acht hij niet bepaald noodig, althans niet voor het tegenwoordige. Wel

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1899 | | pagina 60