103 der eigenaren van de aangrenzende grondstukken, een aan duiding, waarmede het object in den regel wel op het terrein kan worden gevonden, maar waardoor de grenzen niet zijn bepaald. Hoe onvoldoende zoodanige omschrijving is blijkt duidelijk als men onderstelt, dat het grondstuk een tiental meters wordt ver schoven, in welk geval dezelfde omschrijving nog kan dienst doen. Om de grenzen van het object te kunnen bepalen is dan ook eene nadere omschrijving noodig, al is het moeilijk om die te geven. De vermelding, dat het grondstuk is afgescheiden door slooten, hagen, grenspalen enz. mag voldoende zijn voor het oogenblik, waarop de transactie tot stand komt; later als de afscheidingen zijn verplaatst of verdwenen heeft men aan zoodanige vermelding niets. Daarbij komt dat de aanduiding der grenzen alleen voor de partijen eenige waarde kan hebben en het eene open vraag blijft of de aangrenzende eigenaren de omschreven grenzen ook erkennen als de grenzen van hun eigendom. Evenmin afdoende kan zijn eene opgave van de afmetingen van het grondstuk, dat nader omschreven en bovendien is aangeduid op eene figuratieve voorstelling van het terrein, tenzij die af metingen zijn genomen vanaf vaste punten, zooals hoekpunten van gebouwen. De steden en bebouwde kommen, waar men muren vindt, beslaan evenwel slechts een klein deel van de voor bezit vatbare oppervlakte. De meest zorgvuldige omschrijving van het object in den titel van aankomst is daarom in den regel onvoldoende om de grenzen van het grondstuk daaruit ten allen tijde te kunnen bepalen. Toch moet het voorwerp der overeenkomst ondubbelzinnig en liefst zoo beknopt mogelijk kunnen worden aangeduid en zulks kan geschieden met een kadastraal kenmerkOok met het kenmerk van ons kadaster? Volgens het Recueil Méthodique des lois et decrets sur le cadastre de la France, waarbij de voorschriften zijn gegeven, die ook bij de samenstelling van het kadaster ten onzent moesten worden in acht genomen, ja! Immers art. 1142 van dat Recueil zegt het uitdrukkelijk: „hetzelve (het kadaster) beslist en voorkomt in het vervolg eene „menigte grensgeschillen tusschen de grondeigenaars over de grenzen „hunner eigendommen geschillen, welke kosten veroorzaakten, „waarvan het bezwaarlijk te berekenen beloop, misschien jaar door

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1900 | | pagina 107