106 den eigendomstoestand vast te stellen zonder medewerking van den eigenaar, zal wel een ruim gebruik zijn gemaakt, en zulks te meer, wijl art. 175 voorschreef: „dat de landmeter de eigendommen moet „opnemen volgens het genot, op het oogenblik waarop hij de „bewerkstelling verricht." Maar genoeg om te bewijzen, dat ons kadaster allen waarborg van een eigendomskadaster wist, al is het als zoodanig aangekondigd. En nu de technische waarde. Om die te kunnen beoordeelen behoeft slechts te worden gewezen op enkele gemakkelijk te contro leeren feiten en wel in de eerste plaats op het onvoldoende verband, Hat is gelegd, niet alleen tusschen de verschillende kaarten eener zelfde gemeente, maar zelfs tusschen de onderdeelen van dezelfde kaart, waardoor het bezwaarlijk werd van de kadastrale plans aaneensluitende kopieën te nemen, teneinde daarop eene voorge nomen onteigening met voldoende nauwkeurigheid te kunnen projec teeren; terwijl in de tweede plaats kan worden gewezen op de geringe eischen van nauwkeurigheid, die aan de perceelsgewijze meting en daarmede aan het vastleggen, der grenzen zijn gesteld. De afgewerkte plans waren onderworpen aan eene verificatie, waarbij verschillen tot 2 °/o in de lengtemeting volgens de voor schriften mochten worden geduld, d. w. z. een perceel, dat 100 meter lang en breed is, mocht op het plan voorgesteld daarop eene lengte en breedte van 102 of van 98 meter hebben. De afmetingen van zoodanig perceel, te eeniger tijd van het plan op het terrein over gebracht, sluiten daar een perceel in, dat 400 centiaren verschilt met de werkelijke grootte; welk verschil dan, waar het geldt een grondstuk op het platteland voor bouwterrein geschikt, waarvan de verkoopswaarde wordt gesteld op 1 per centiare, vertegenwoordigt eene meerdere of mindere verkoopswaarde van ƒ400. De verschillen van meer dan 2 °/o, bij de verificatie ontdekt, moesten worden verbeterd. Op welke wijze de verbetering dan werd ingevoerd is nog goed te zien op de oorspronkelijke kaarten, waarop de verificatielijnen voorkomen. Men verbeterde de snijding van de verificatielijnen met de grenslijnen, maar niet verbeterd werden de uiteinden der grenslijnen, waardoor lijnen, die op het terrein recht waren, op het plan werden voorgesteld als gebroken, en omgekeerd. Wordt verder in aanmerking genomen, dat het papier van het plan heeft ondervonden den invloed van voortdurende verandering

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1900 | | pagina 110