119 zekerheid bestaat. Men mist dan evenwel de voordeelen en de waarborg van een goed kadaster. Uit een en ander volgt echter dat het beginsel der positieve specialiteit is verwezenlijkt in een kadaster met bewijskracht. Onwillekeurig zal men geneigd zijn om nog eene andere con clusie te trekken, n.l. dat onder een fiscaal kadaster de specialiteit steeds negatief moet zijn. Zoo eenvoudig is de zaak echter niet. Alleen juist zal die conclusie zijn, als het hypotheekstelsel niet in verband is gebracht met dat fiscale kadaster. Heeft men evenwel het kadasternommer verheven tot grondslag voor de boekhouding, dan ontkomt men niet aan de gevolgen en wordt de begrenzing der eigendomsrechten voortdurend meer ge ïdentificeerd met de begrenzing van het kadastraal perceel. In Pruisen is de jurisprudentie zelfs zoover gegaan, dat zij de openbare geloofwaardigheid van het grondboek ook toekent aan de kadastrale aanduiding der perceelen, in dien zin dat de verkrijger, die ook daarop is afgegaan, de perceelen verkrijgt, zooals zij bij het fiscale kadaster zijn begrensd zoover de technische nauwkeurigheid van de kadastrale gegevens reikt. (Zie Tijdschr. v. Kad. en Landmeetk. Jrg. XIV biz. 1G9 e. v.) De consequentie van die leer, toegepast op gebrekkige kaarten, moest leiden en heeft geleid tot bedenkelijke gevolgen, doch de Pruisische regeering kan die leer niet te niet doen door de waarschu wing aan de ambtenaren] van het kadaster: „voor de opvatting, dat „de op de kadastrale kaart voorgestelde eigendomsgrenzen voortaan „meer bewijskracht zullen hebben dan ze tot heden hebben gehad, „ontbreekt het aan eiken grond". Al zijn de gevolgen in ons land, waar eveneens de boekhouding der zakelijke rechten is gegrond op het nommer van het fiscale kadaster, niet zóó ver strekkend en bedenkelijk, dat ze bestaan hebben we in het voorgaande reeds gezien. De hypotheekbewaarder, die als zoodanig geen ineening mag hebben in strijd met hetgeen zijne register vermelden, de recht verkrijgenden, die de onroerende goederen in de akten alleen door kadastrale nommers zien aangeduid, terwijl elke juiste omschrijving van de grenzen ontbreekt, zij moeten bij het kadaster terecht komen en zijn er toe gekomen om zich daarop te verlaten. Wij zijn dus even als in Pruisen afgedreven en moeten aanlanden bij de positieve specialiteit.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1900 | | pagina 123