129 wordt gegeven, waarop de rechtshandelingen kunnen worden ge baseerd. door splitsing dus van het kadastrale plan in een eigendoms- en een belastingplan. En die splitsing is noodig omdat de rechts zekerheid van den grond nog meer wordt ondermijnd door het klakkeloos, dus zonder eenige controle, tot eigendomsgrenzen pro- clameeren van grenzen van cultuurperceelen, dan door het overdragen van onvoldoend omschreven gedeelten van kadastrale nommers. Worden bij eene akte gedeeltelijke nommers overgedragen, dan bestaat er tenminste nog eenige kans dat de grenzeu worden opgenomen bij de splitsing voor het kadaster, zooals ze bij de overeenkomst werden bepaald of althans werden bedoeld te bepalen. De overgedragen geheele nommers van cultuurperceelen evenwel worden zonder eenig terreinonderzoek overgeboekt. Zoodra er dan ook sprake is van vernieuwing van het kadaster op hechte grondslagen moeten zij, die het goed meenen met den grondeigendom en de hypothecaire boekhouding en niet minder zij? die een kadaster wenschen dat kan worden in stand gehouden, m. i. medewerken om tot bedoelde splitsing' te geraken. Het behoeft wel niet te worden herhaald dat met die hechte grondslagen worden bedoeld de zoodanige, waarop bijhouding van het kadaster kan geschieden, onafhankelijk van de wisselvallige en aan verandering onderhevige terreingrenzen, waarover reeds bij de bespreking van een kadaster met bewijskracht werd gehandeld. En nu, alvorens een schema te geven van het gesplitste kadaster, nog een paar opmerkingen. De deskundigen bij het kadaster, die zich hebben doen kennen als voor te staan eene splitsing in een eigendoms- en een belastingkadaster, en daaronder allen, die in het openbaar hunne meening deden blijken hebben, toen zij die splitsing als noodzakelijk aanbevalen, geen nieuw denkbeeld ver kondigd maar dit integendeel overgenomen en het uitwerkende voortgebouwd op de grondslagen, die reeds door anderen vóór hen zijn gelegd. Prof. Mr. Gratama1) gaf reeds in 1870 als zijne meening: „in de registers voor het publiek bestemd moet ten „aanzien der nommers, het voornaamste kenmerk der perceelen, „vastheid heerschen. Eischen daarentegen de registers voor de „grondbelasting daarin gedurig verandering, dat dan de beide „registers, met wat daarbij behoort, uit elkander gaan en ieder Horvorming van ons zakelijk recht. blz. 37.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1900 | | pagina 133