152
thans hebben, behoudens eenige verbetering in de uitvoering
tevreden zijn. De heer van Iterson, hypotheekbewaarder te Am
sterdam, liet zich zelfs zóó sterk uit, dat hij een zoogenaamd
eigendomskadaster niet zou willen hebben, ook al kon hij het voor
niets krijgen; en de hoogste ambtenaar in het korps der registratie,
de heer Bouman, die als administrateur der registratie den minister
van financiën, onder wiens departement het kadaster thuis behoort,
van advies dient, was aan de door de groote meerderheid der
vergadering verlangde hervorming almet niet gunstiger gezind.
Schijnbaar zijn wij met deze ontleding van de stemming in de
Notarieele Vereeniging in bijzonderheden afgedaald, welke voor het
publiek van geen belang zijn. Deze ontleding is echter in werke
lijkheid voor het publiek van het hoogste gewicht. De registratie
ambtenaren zijn in deze zaak om het niet sterker uit te drukken
stellig niet meer deskundig dan de landmeters en de notarissen
en candidaat-notarissen, en hun gevoelen wordt door het bijna
eenstemmig oordeel der andere deskundigen zeker meer dan op
gewogen. Toch ontvangt de minister van financiën zijne voorlichting
over dit onderwerp alleen van den kant der registratie; het gevolg is
dan ook dat de heer Pi er son, door die eenzijdige voorlichting, aan het
denkbeeld der invoering van een kadaster met bewijskracht vijandig
gezind is geworden. Wanneer de kwestie bij de staatsbegrooting
ter sprake mocht komen, zal dat opnieuw duidelijk genoeg blijken.
Welnu, de stemming welke in de Notarieele Vereeniging werd
gehouden, heeft zonneklaar aangetoond, dat een minister, die zich
in deze materie alleen door ambtenaren der registratie laat inlichten,
een zeer eenzijdigen indruk daarvan moet ontvangen.
Wordt doorgegaan op den thans ingeslagen weg en wordt het
kadaster, zonder grondige hervorming, vernieuwd, dan zullen milli-
oenen worden besteed op een wijze die, naar het oordeel der
meest deskundigen, bedenkelijk veel gelijkt op het in het water
gooien daarvan.
Het is te hopen, dat men er van de zijde der Tweede Kamer
op zal aandringen, dat de minister zich over dit belangrijke onder
werp minder eenzijdig zal laten inlichten dan het geval is, als hij
gelijk tot nu toe zijn licht alleen opsteekt bij de afdeeling
Registratie van zijn departement.