TRIANGULATIE VAN SUMATRA. Van de Landsdrukkerij te Batavia verscheen voor eenige weken een werk getiteldDriehoeksnet van Sumatra's Westkust, en samen gesteld bij de Triangulatiebrigade van den Topographischen Dienst, met een plaat en een kaart. Door welwillende toezending van een exemplaar zijn we in staat gesteld kennis te nemen van den inhoud. Dat de trianguleering van Sumatra een werk van grooten omvang moet zijn, kan reeds hieruit blijken, dat het thans behandelde gedeelte, het Gouvernement van Sumatra's Westkust zonder de eilandenreeks, een oppervlak beslaat van l2/3 maal ons vaderland. Met de opnemingen, die in Mei 1883 zijn begonnen, is onafgebro ken doorgegaan tot September 1896. Zij heeft zich uitgestrekt tot de bepaling van de ligging en hoogte van 1657 hoekpunten; hiervan behooren tot het basisnet 7, tot de le orde 59, tot de 2e orde 107 en tot de 3e orde 1484 punten. Gemiddeld komt op 3440 H.A. één driehoekspunt voor. De punten zijn met uitzondering van een paar vuurtorens op het terrein aangegeven door massieve stevig gefundeerde beton blokken. De triangulatie, ten dienste van de topographische opneming ondernomen, vereischte niet de nauwkeurigheid als wordt gesteld voor eene graadmeting; hierom is voor de meting van eene basis gebruik gemaakt van een stalen meetband van 20 M. en werd afgezien van het gebruik van een basismeettoestel. Uitgaande van eene basis van ongeveer 4860 M. is door een basisnet eene driehoekszijde ter lengte van ruim 34000 M. bepaald. Voor de hoofddriehoeksmeting zijn gebezigd 10-duims universaal- instrumenten van Pistor en Martins en van Wegener; voor de secundaire metingen 8 en 6 duims universaalinstrumenten uit dezelfde werkplaatsen. Als richtpunten dienden uitsluitend helio tropen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1900 | | pagina 193