103
een aanvang werd gemaakt, een „geodetisch-kultuurtechnischen dienst
bezeten, dan zouden ongetwijfeld tal van vragen, die nu open moesten
blijven, behandeld en opgelost zijn.
Uit de 1 andverlegging zou de normaliseering van den weg, 0)
loopende om de bestaande binnenweiden der dorpen, waarvan
afgezien moest worden, zijn voortgevloeid; door de landverlegging
zouden al de belemmeringen waarvan de aanhef van het „Rapport
159" een overzicht geeft, en waarop een rationeele ontwikkeling
van het landbouwbedrijf afstuit, zoo al niet zijn opgeheven, dan
toch tot geringe afmetingen zijn teruggebracht.
Ware het door landverlegging mogelijk geweest de bestaande
binnenweiden van Hollum en Ballum, die in duizende stukken
verspreid liggende achtendeelen, na samenvoeging, in grootere kavels
te verdeelen, die uitgestrekte terreinen van een doelmatig en aan
de behoeften voldoend net van wegen en waterleidingen te voorzien,
voorzeker zou dit deel van Ameland dan in het bezit zijn gekomen
van een aan landbouw en veeteelt zeer bevorderlijk stelsel.
Die binnenweiden toch liggen in de onmiddellijke omgeving der
dorpen, terwijl de kavels der nu verdeelde mark, in het bijzonder
der kleigronden, meer afgelegen zijn.
Ieder eigenaar ware dan in de gelegenheid geweest, zijn vee te
doen weiden in zijn, hem bij de „afronding" toegewezen deel der
binnenweide; de hem bij de markverdeeling toegescheiden zand-
kavels te bestemmen voor bouwland, terwijl de kleigronden èn als
hooiland èn als bouwland zouden kunnen gebezigd worden. Een
stelsel, naar onze meening in staat, de betrokken bevolking tot
welvaart te brengenvergoeding te schenken voor de groote nadeelen,
veroorzaakt door het verouderde stelsel der Germaansche mark.
En hiermede onze besprekingen omtrent den loop eener mark
verdeeling besluitende, hopen wij nog een beknopt overzicht der
technische uitvoering te doen volgen.
E. DIJKSTRA.
Leeuwarden, Mei 1901.
(Wordt vervolgd.)
(9 Vermeld onder 6 van het plan van verdeeling.