159 Laat men zwavelether op met hars gelijmd papier druppelen, dan vertoont zich een ring. Geconcentreerd zwavelzuur kleurt bedoeld papier rood-violet; is echter houtslijp aanwezig, dan wordt de kleur groenachtig of zwart. Het gemakkelijkst van al is stijfsellijming aan te toonen, een dunne joodoplossing op het papier gedruppeld, roept blauwe tot violette vlekken te voorschijn. Het papier mag bij het schrijven de inkt niet laten doorvloeien, papier dat deze onaangename eigenschap bezit, is niet lijmvast. Julius Post te Hamburg past een zeer vernuftige methode voor de bepaling der lijmvastheid toe; met de mededeeling hiervan willen wij ons algemeen overzicht der wijze waarop het papier onderzoek plaats vindt besluiten. Wanneer op slecht gelijmd papier met een trekpen, waarvan de bladen uit ivoor of caoutchouc zijn vervaardigd, lijnen van 1 m.m. dikte worden getrokken met een oplossing van ijzerchloride 1 gr. ijzerchloride F2 Gk 100 gr. gedistilleerd water, 1 gr. arabische gom, 0,2 gr. phenol dan zullen deze lijnen de geheele dikte van het papier doordringen. Keert men het papier om nadat de lijnen zijn ingedroogd en bevochtigd men de achterzijde met een tannineoplossing, dan zal de tannine op het ijzerchloride inwerken, tengevolge waarvan looizuurijzeroxyde ontstaat, dat de doorgedrongen strepen kool zwart kleurt. Bij lijmvast papier doet zich dit verschijnsel niet voor, omdat aan de rugzijde van het papier geen ijzerchloride aanwezig is; tegen het licht neemt men, zoowel na als voor de behandeling met de tannineoplossing, op dit papier niet anders waar, dan de geele strepen der ijzeroplossing. Men lost de tannine l°l0 0,2 gr. phenol in gedistilleerd water op en niet in ether, wijl deze vloeistof, hoe snel zij ook verdampt, immer een eventueele harslijming aantast en de zwarte kleur zich dan inwendig zou kunnen vertoonen in plaats van uit wendig, gelijk wordt aangenomen. De tannineoplossing wordt ingewreven met een kussen van watten, ten einde een al te sterke bevochtiging te voorkomen en onmiddellijk afgedroogd met vloeipapier, opdat de vloeistof geen tijd zal hebben om in het papier door te dringen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1901 | | pagina 159