BERICHTEN.
Het heeft H. M. de Koningin behaagd bij Besluit van 30 Juli
1901 No. 42,
1°. met ingang van 1 Augustus 1901, op het daartoe door hem
gedaan verzoek, een eervol ontslag te verleenen aan den heer
Mr. N. G. Pierson, als Minister van Financiën;
2°. te benoemen met ingang van 1 Augustus 1901 tot Minister
van Financiën, Mr. J. J. I. Harte van Tecklenburg, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal.
Bij K. B. van 29 Augustus 1901 zijn benoemd,
tot officier in de orde van Oranje-Nassau: H. Vriend, ingenieur
verificateur van het kadaster te Leeuwarden;
tot Ridder in de orde van Oranje-Nassau: H. van Meurs,
bewaarder van de hypotheken en het kadaster te Assen.
Bij K. B. van 9 September 1901 No. 35 is aan W. F. Bruinier,
op zijn verzoek, met ingang van 1 October e. k. eervol ontslag
verleend als ingenieur-verificateur van het kadaster te Zutfen,
met toekenning van den persoonlijken titel van hoofdingenieur
verificateur van het kadaster;
zijn met ingang van 1 November 1901 benoemd tot ingenieur
verificateur van het kadaster: C. W. Gombault, F. G. Stucki en
P. J. Hogenhuis, thans landmeters van het kadaster.
De nieuwbenoemde ingenieurs-verificateur van het kadaster wor
den respectievelijk geplaatst te Amsterdam, 's Hertogenbosch
en Leeuwarden.
De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft in de Commissie
tot het examineeren van hen, die een diploma van geexamineerd
en beëedigd landmeter verlangen, voor het jaar 1901 benoemd:
tot lid en vooizitter, H. J. Heuvelink, hoogleeraar aan de poly-