201 De Voorzitter geeft te kennen dat het bestuur zal overwegen of de vergadering in September kan worden gehouden, waarmede het bezwaar van den heer Wetselaar is vervallen. Besloten wordt in 1902 te Amsterdam te vergaderen. De heeren de Balbian en Vruggink vormen het stembureau bij de verkiezing van een nieuw bestuurslid in de plaats van den heer de Vos. Bij de eerste stemming worden uitgebracht 40 stemmen, waarvan 3 in blanco. Hiervan op de heeren Colpa 11, de Vries 7, van den Briel 6, Remmelts, 5, Wetselaar 4, van der Veur en Prins ieder 2 stemmen. Eene tweede, vrije, stemming geeft voor de heeren Colpa 16, de Vries9 en van den Briel 8 stemmen. Bij herstemming worden uitgebracht op den heer Colpa 21 en op den heer de Vries 16 stemmen en verder nog 3 in blanco. De heer Colpa geeft op de vraag van den Voorzitter te kennen dat hij de benoeming aanneemt. De Voorzitter wenscht de vereeniging geluk met dat besluit en hoopt in het Bestuur aangenaam met den nieuw benoemde werkzaam te zijn; aan de leden van het stembureau brengt hij dank. Op voorstel van de heeren van Dijk en Oosterman geeft de ver gadering den wensch te kennen, dat de redactie op den bestaanden voet zal worden voortgezet. Op de vraag van den voorzitter, deelen de heeren Boer en Hoffmann mede, dat daartegen bij hen geen bezwaar bestaat. De Voorzitter wenscht de vereeniging ook met dit besluit geluk. Bij de behandeling van punt i doet de voorzitter mededeeling van de Statuten van den Bond ter verkrijging eener wettelijke regeling van den rechts toestand der burgerlijke ambtenaren. Uit de statuten blijkt, dat getracht zal worden het doel te bereiken door: 1°. zich te wenden tot Regeering en Vertegenwoordiging; 2°. verspreiding van geschriften; 3°. het houden van huishoudelijke en openbare vergaderingen. Gewone leden van den Bond zijn erkende vereenigingen van ambtenaren en beambten in dienst van Staat, Provincie, Gemeente of andere publiek rechtelijke lichamen, die schriftelijk verklaren tot den Bond toe te treden. Voor de vergaderingen van den Bond kan elke aangesloten vereeniging benoemen: indien zij 100 of minder leden telt, één afgevaardigde; indien zij 101 tot 1000 leden telt, twee afgevaardigden; indien zij meer dan 1000 leden telt, drie afgevaardigden. De besturen der aangesloten vereenigingen zorgen voor tijdige opgave van de namen der benoemde afgevaardigden aan het bestuur van den Bond, Zijn minder afgevaardigden benoemd, dan de statuten toelaten,

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1901 | | pagina 203