205
De heer Vruggink geeft hieraan geen gevolg, doch verklaart het met
de strekking der motie geheel eens te zijn.
De heer Boer wijst er op dat de beantwoording der vraag omtrent
het beheer van de hypotheekkantoren uitsluitend mag worden beheerscht
door het algemeen belang. Ook in zijne beschouwing Psychologie en
Kadasteris daarvan uitgegaan. Dat algemeen belang eischt, dat de per
sonen met dat beheer belast, volkomen op de hoogte zijn van hun taak,
niet alleen van het hypothecaire maar ook van het kadastrale gedeelte;
het eischt verder, dat de verantwoordelijkheid tegenover het publiek voor
de ambtsverrichtingen komt ten laste van den staat. Ook het door de
staatscommissie herziene 2e boek van het Burgelijk "Wetboek brengt die
verantwoordelijkheid op den staat. Zou nu die verbetering in het beheer
der hypotheekkantoren worden verkregen door bij voorkeur landmeters
te benoemen tot hypotheekbewaarder? Spreker betwijfelt dit. Hij heeft
steeds het denkbeeld verdedigd dat die verbetering zou worden bereikt
door surnumerairs bij de hypotheken aan te stellen, welke volgens een
bepaald plan zoowel voor het hypothecaire als voor het kadastrale gedeelte
zouden opgeleid moeten worden. Bij overbrenging van de verantwoorde
lijkheid op den staat zou de bestaande regeling der salarissen haar reden
van bestaan verliezen en vervangen kunnen worden door eene regeling
naar vaste traktementen. Spreker herhaalt, dat bij deze zaak alleen het
algemeen belang kan gelden en niet het persoonlijk belang der land
meters; dit is steeds bij de bespreking van deze aangelegenheid door
spreker vdoropgesteldwaar de heer Vruggink meent, dat de motie zou
kunnen leiden tot verdachtmaking van het streven der landmeters, moet
hij opmerken, dat er altijd wel een aanleiding tot verdachtmaking te vinden is.
De heer van der Veur de motie besprekende, geeft te kennen, dat
hij zich kan vereenigen met hetgeen onder 1°. en 2°. is opgenomen
het komt spreker echter voor, dat door het laten vervallen van de woor
den: «het kadaster moet worden onttrokken aan den invloed van fiscale
«ambtenaren en het beheer bij voorkeur door" en door verandering van
«gevoerd" in «ingesteld" de motie veel aan zachtheid zou winnen. Het
slot van de motie zou dus naar sprekers meening moeten luiden
„van oordeel, dat ter bereiking van het doel eene afzonderlijke afdeeling
«Kadaster en Hypotheken" aan een der Departementen van Algemeen
«Bestuur behoort te worden ingesteld."
«van oordeel, dat het wenschelijk is, leiding te geven aan de beweging
«in die richting, draagt aan het Bestuur op al 'die maatregelen te nemen,
«welke het doel kunnen bevorderen."
De heer Col pa gaat voor een groot deel met den vorigenspreker mede
en geeft in overweging het slot, van de motie aldus te lezen
«van oordeel, dat ter bereiking van dit doel, beheer van het kadaster
