Nieuwe Geodetische en Kultuurtechnische Literatuur.
H. Zondervan. Allgemeine Kartenkunde. Ein Abriss ihrer Geschichte
und ihrer Methoden. Mit 32 Figuren im Text und auf 5
Tafeln. Leipzig 1901. Druck und Verlag von B. G. Teubner.
Preis f 3;
Van de hand van den heer Zondervan, verscheen in 1898 bij den
uitgever J. M. N. Kapteijn te Leiden: Proeve eener Algemeene
Kartografie'', op welk boek Dr. A. Bludau, in het „geographische
Zeitschrift Bd. 5", de aandacht zijner landgenooten vestigde.
Dr. Bludau zegt van het werk, dat: „die deutsche Litteratur nichts
Gleiches entgegenstellen kann"; hierin vond de heer Teubner
aanleiding, aan onzen landgenoot te verzoeken, tot de uitgave eener
Duitsche bewerking te willen overgaan.
J. Hann. Prof. Dr. Lehrbuch der Meteorologie. Mit mehreren Tafeln
in Lichtdruck, verschiedenen Karten, sowie zahlreichen Abbil-
dungen im Text. Lieferung I, II, und III, Leipzig 1901Chr. Herm.
Tauchnitz, Königsstrasse 7.
Het werk zal in ongeveer 8 afleveringen a 3 Mk. compleet zijn
de uitgever verzekert, het geheele manuscript is reeds in zijn
bezit, dat de afleveringen snel op elkander zullen volgen.
F. W. Diinkelberg. Prof. Dr. Die Technik der Beinigung stadtischer
und industrielier Abwasser durch Berieselung und Filtration.
Braunschweig. 1900.
De heer J. de Koning bespreekt deze verhandeling in het weekblad
„de Ingenieur" van 23 Februari 1901 N°. 8.
In de 108 en 109 „Grundlehren der Kulturtechnik, Dr. Ch.
August Vogler, wordt eenige aandacht gevraagd voor: „das Riesel-
wasser der grossen Stad te'' en „die Berieselung mit sladtischem
Kanalwasser." Met afbeeldingen komt als voorbeeld in het leerboek
voor, het bevloeiingsgebied „Bürknersfelde" bij Berlijn; de aldaar
aangelegde bevloeiing wordt door den nestor der Duitsche kuituur
technici, onder aanvoering van bewijsgronden, onjuist genoemd.
