76
gelegen in de mieden, behoudens enkele stukken, nader aan te
wijzen, die verkocht zullen worden. Nader te beslissen op welke
wijze gemelde overgang zal geschieden.
6. De zoogenaamde stroorijpadenéén door de „hoogemei"
en één onder den Ballumer blinkert (2) worden doorgetrokken
tot op cle geprojecteerde landwegen.
7. De slinken (3) van minder belang worden niet opgemeten en
komen dus niet op de kaart, noch in aanmerking bij de verdeeling.
8. Enkele minder waardige stukken grond, gelegen in de mark-
gronden, waaromtrent vroeger besloten was, dat ze niet mede ver
deeld zouden worden, zullen toch in de verdeeling worden begrepen.
9. Het recht van grazinge (4) op de buitenweide mag niet anders
verhuurd worden dan zóó, dat de huur ophoudt bij de verdeeling
der markgronden.
10. Wegens verbreking van in strijd met 9 aangegane huur
overeenkomsten wordt geene schadeloosstelling aan de huurders
gegeven.
11. De commissie zal zooveel mogelijk in de maand April 1898
de verschillende gronden blokken waardeeren met het oog op
hun aard en ligging art. 23 der Wet en wel per hectare,
en het getaxeerd bedrag aanteekenen op de kaart.
12. De heer Dijkstra zal daarna, met nommering en waarde-
berekening der blokken, een verzamelstaat der grootten en der
waarden, alsmede eene waardeberekening der geheele mark maken.
13. Na de waardeberekening van de geheele mark wordt ieders
aandeel in geld vastgesteld en die geldswaarde wordt later in grond
toegedeeld.
14 De heer Dijkstra zal de wegen en waterleidingen traceeren
door het plaatsen van kielspitten op de grensscheiding.
15. De vrijkomende grond van de wegen onder de binnendijken
zal worden gebruikt voor de demping van de nevensliggende slinken;
Stroorijpaden, d.z. de wegen waarlangs het Kijk, ter beplanting der duinen,
stroo aanvoert van af de Wadden.
Blinkert, hier naam van een duintop, in het algemeen verstaat men er
onder, de ons reeds op verren afstand toeschitterende kale duinvlakken of duin
toppen, waarop alle plantengroei, dus ook helm, door het woelende zand wordt
vernietigd.
(3) Slinken, door de natuur ontstane afwateringen naar de Wadden,
(4) Recht van grazinge, grazingsrecht.