De Vereffeningspasser. Een passer ter onmiddellijke vereffening der verschillen bestaande tusschen de kaart en het terrein, verdient met vreugde te worden begroet. Aan art. 60 I. K. 3e al. machinaal, volkomen nauwkeurig, met een tot heden nimmer bereikte vlugheid uitvoering te kunnen geven, wie zou dat niet toejuichen; wat al bemerkingen de kaarteering van metingstukken betreffende, zouden daardoor niet worden voorkomen. Het instrument wekt herinneringen op aan het „ei van Columbus," zoo eenvoudig is het denkbeeld waarop zijn samenstelling berust. Vervult de eersteling zijn plicht niet naar behooren, dan kan daar slechts een constructiefout de reden van zijn, een oorzaak waaraan geen bestaan van eenigszins langen duur beschoren kan wezen. De passer heeft als de meeste passers, twee beenen; aan ieder been echter twee punten, waarvan het eene onbewegelijk en het andere verstelbaar is. De stand der verstelbare punten wordt geregeld door een schaal- verdeeling, voorzien van een nonius. Met de onbewegelijke de vaste punten wordt op de schaal uitgepast, met de verstelbare gekaarteerd. Heeft men gemeten 50 Meter en wordt op het plan slechts 49.1 gevonden, dan is de instelling: 98.2, voor de bewegelijke punten af te leiden uit: 50 49.1 100 x Is gemeten 131.3 en is op de kaart slechts voorhanden 127.2, dan vindt men langs denzelfden eenvoudigen weg voor de instel ling: 96.877, waarvan afgerond op 96.88 wordt gebruik gemaakt. Ommestaande afbeelding van den passer behoeft, naar wij meenen, geen uitgebreider toelichting. Aan de firma F. Weidenmüller te Opladen bei Coin komt de eer der vinding toe; de verkoop tegen den prijs van Mk. 12.50 is door haar opgedragen aan het „technische Versandgeschaft"

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1902 | | pagina 157