167 Bij het gebruik wordt het piket, dat geplaatst is daar waar een steen zal worden gesteld, zoo diep weggeslagen, dat de kop nog slechts zoover buiten het maaiveld uitsteekt, als straks het geval zal zijn met het bovenvlak van den in te graven steen. Dan wordt het ijzer zoodanig op den grond gelegd, dat de punt F nauwkeurig op het midden van het bovenvlak van het piket rust, waarna de punten A G en B D in den grond worden gedreven. Worden de steenen gelijk met den grond geplaatst, dan wordt het piket verwijderd en op het ontstane gat ingesteld. Men slaat hierna het driehoekige raam terug om over te gaan tot het graven van het gat voor den steen. Heeft dit de gewenschte diepte gekregen en is de steen voorloopig gesteld, dan wordt het raam weer terug geslagen (fig. 3.) en de steen zoolang gedraaid tot zijn midden nauwkeurig met de punt F samen valt. De arbeider die de steenen plaatst, drukt nu met één voet, steen en ijzer onwrikbaar vast en stampt te gelijkertijd zooveel aarde om den steen aan, dat deze den verkregen stand behoudt, opdat de verdere vulling van het gat met opnieuw terug geslagen raam, onge hinderd zal kunnen plaats vinden. In steenachtigen of in zeer harden bodem kunnen de punten A C en B D niet steeds nagenoeg met het maaiveld worden gelijk ge slagen, eenige voorzichtigheid bij de steenzetting verdient dan aanbeveling. Onder medegebruik van een of ander hulpmiddel om vertikaal te stellen, vindt het apparaat ook toepassing bij de verzekering van punten van driehoeksmeting en van polygoonpunten. Het zetbord is een werktuig van nog eenvoudiger aard dan het zetijzer en vindt zijn aanwending vooral bij de verzekering van grenspunten door middel van den uit twee deelen een grensplaat en een grens steen bestaanden normaal-grenssteen van den Steuer-inspector Schmeisser. Uit nevenstaande afbeelding blijkt duidelijk de hoogsteenvoudige constructie van dit grensteeken; de bovengrondsche steen A kan zich in de kogel- Deze mededeelingen zijn overgenomen uit de A lig. Verm. Nachr. XII Jrg. (1900) No. 16, Seite 175, 176.»

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1902 | | pagina 169