34
Van andere zijde werd opgemerkt dat waar de uitvoering van meerbe-
doelde wet inderdaad tot zulke ongelijkmatige en onbillijke schattingen
leidt, dit het gevolg is van de door de aanneming van het amendement
der Commissie van Rapporteurs in de wet gebrachte wijziging, volgens
welke de voor landbouwgebruik bestemde gebouwen in hun geheelen
omvang', alzoo ook wat het voor woning ingerichte gedeelte betreft, naar
de gunstige bepalingen van art. 2 geschat worden. Van het naar het
oordeel dezer leden juiste stelsel is toen afgeweken en de nadeelige ge
volgen daarvan doen zich thans gevoelen. Hoe daaraan bij de wet tot
vaststelling van het percentage der heffing zou zijn tegemoet te komen,
was hun niet duidelijk.
Overigens werd er door sommigen op gewezen dat geenszins overal de
toepassing der wet zulke abnormale uitkomsten heeft opgeleverd. Naar
zij meenden te weten zijn in verschillende deelen des lands bevredigende
resultaten verkregen.
De vrees werd uitgesproken dat bij eene belastingheffing naar de uit
komsten der thans verkregen schattingen de baten uit de opcenten op de
belasting op de gebouwde eigendommen voor vele plattelandsgemeenten
aanzienlijke zullen verminderen, hetgeen door deze gemeenten te meer
gevoeld zal worden, waar die opcenten voor een groot deel door uitwo
nende eigenaaren worden opgebracht.
9. Kadaster. Onder verwijziging naar het vroeger ter zake opge
merkte (2) werd opnieuw door sommige leden aangedrongen op het toe
kennen van bewijskracht aan het kadaster voor zooveel betreft de grenzen
der perceelen, in verband met het contradictoir vaststellen dier grenzen.
Zij wezen ook op de beslissing in de laatste algemeene vergadering der
notarieele vereeniging, omtrent dit ontwerp genomen.
Gaarne vernamen zij 's Ministers gevoelen omtrent deze belangrijke
aangelegenheid.
ARTIKELEN.
VIde Afdeeling.
Op nieuw werd geklaagd over onnauwkeurige bijhouding van de kadas
trale kaarten, die tegen betaling ter inzage liggen van het publiek. Er
C) Yoorloopige Verslagen der begrootingen voor 1896 17), 1898 9) en
1899 9), Handelingen der Tweede Kamer 1895/96 bladz. 654 en 666; 1897/98
bladz. 534, 535, 540, 541,545, 546; Handelingen der Eerste Kamer 1897/98, bladz.
205, 207 en 210.
