Papier en papieronderzoek, het papier onzer kadastrale archieven. (Vervolg) Onder hen die ijveren voor het gebruik van deugdelijk papier voor schrifturen van blijvenden aard, neemt Dr. Greshoff, Direc teur van het Koloniaal Museum te Haarlem, mede een eerste plaats in. In het Tijdschrift „de Natuur" Oct. 1901, komt een bijschrift van zijne hand voor bij de plaat: „Verschillende papiersoorten bij sterke vergrooting gezien" geteekend door Mej. H. Schil thuis in het laboratorium van zoo even genoemd museum. Deze plaat, welke een voorstelling geeft der vezels van hennep-, rameh-, hout-, linnen en katoen-, stroo- en turfpapier, is met een verklaring ook opgenomen in de, in Februari van dit jaar (1902) verschenen, tweede veel vermeerderde en wij voegen er aan toe „geheel omgewerkte en herziene" uitgave zijner bekende brochure van 1897, (Over de deugdelijkheid en het onderzoek van papier) welk geschrift, in zijn nieuwen vorm, ongetwijfeld in hooge mate zal bijdragen tot de oplossing van liet vraagstuk der papiercontrole in ons land. In het feit, dat de nieuw opgetreden Nederlandsche Regeering in haar programma de zaak der rijksproefstations opnam, gelooft cle heer Greshoff, al behoort bij de toezegging in de allereerste plaats aan proefstations voor het onderzoek van levensmiddelen te worden gedacht, een blijde boodschap, ook voor de oprichting Het papier proefstation te Delft. Zie Jaargang XVII (1901), bldz. 137.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1902 | | pagina 86