121
mogelijk maken tegen den wil eener minderheid. Dergelijke wetten
vindt men niet in de Latijnsche staten.
Vooral de Fransche boer hecht zich met hartstocht aan de kluit
aarde, waarop hij eenmaal zit. „La terre est sa maïtiesse" (Michelet.)
Misstanden in de indeeling, in de toegankelijkheid en afwatering
van den bodem, van gelijken aard als in het buitenland, vindt
men ook in Nederland, vooral op de zand- en hooge kleigronden,
waar men de oudste nederzettingen en de z.g. „boerdorpen"
(komdorpen) vindt, in geringe mate in de veenkoloniën en in de
westelijke provinciëen, waar de „rij- of streekdorpen" menigvul-
diger zijn.
De voordeelen van ruilverkaveling zijn van allerlei aard en niet
voor alle streken dezelfde. De directe voordeelen bestaan o.a. in:
vermindering van bedrijfskosten, verbetering van het toezicht,
mogelijkheid tot aanwending van landbouwwerktuigen, beheersching
van den stand van het grondwater en daardoor gelegenheid tot
voordeelige aanwending van kunstmest, tot het kweeken van fruit
en groenten of handelsgewassen (suikerbieten), aanwending van
betere variëteiten van vruchten of gewassen, meer succes in het
bestrijden van plantenziekten, van de muizenplaag, vermindering
van het aantal grensgeschillen, van cle oppervlakte gronds, die aan
afsluitingen (vooral aan slooten) verloren gaat, van de onderhouds
kosten dier afsluitingen enz.
De indirecte voordeelen liggen in de verbeteringen, welke veelvuldig
op ruilverkaveling volgen en die de Duitschers onder den collectief-
naam „Meliorationen" samenvatten. Hieronder worden o.a begrepen:
bevloeiing, drainage, bebossching, ontginning, vervening enz.
De directe voordeelen worden in Duitschland na aftrek der kosten
berekend op gemiddeld f 300.— per hectare. Gesteld dat in Nederland
slechts 1/1 o gedeelte van den bodem aan ruilverkaveling werd onder
worpen, dan zou naar gelijken maatstaf het nationaal vermogen
eene vermeerdering van reëelen, blij venden aard hebben ondergaan
van ongeveer 100 millioen gulden.
Nu eene beweging, om die voordeelen deelachtig te worden, in
agrarische kringen is ontstaan, is de tijd gekomen om een onderzoek
in te stellen naar de beste wettelijke regeling en organisatie van
dit onderwerp.
De inleider ontwerpt nu een schets voor eene wettelijke regeling
in Nederland, hopende aldus niet alleen inlichting te geven, doch