151
den Kreisen der Landmesser zur Ruhe und zu einem ganz befriedi-
genden Zustande kommen wirdis letterlijk van toepassing, ook op
dc omstandigheden, waaronder wij verkeeren.
Nu willen wij onze taak van sprokkelaar gaan vervullen, en
voor zoover dat vluchtig, met een enkel woord kan geschieden,
zullen wij daarbij tevens hier en daar wijzen op het onderling
verband, niet der dorre takken, doch van de nog immer jeugdig
groene, nog steeds frissche spranken, die door ons zullen worden
saamgebonden.
Van zuiver technischen aard zijn de navolgende in het Tijdschrift
behandelde onderwerpen
Jrg. I (1885) bldz. 129. Bepaling der hoofdpunten voor de
hermeting van een gedeelte der gemeenten Amsterdam en Nieuwer-
Amstel.
Jrg. III (1887) bldz. 73. De coördinatograaf.
„98, 113. Nauwkeurigheids-planimeters.
Jrg. IV (1888) bldz. 99, 156 en Jrg. V (1889) bldz. 81. Over
polygoonmeting, de grondslag der detailopneming.
Jrg. IV (1888) bldz. 251. Aansluiting van driehoeksmetingen.
Jrg. VI (1890) bldz. 69. De aansluiting van een driehoeksnet
aan eenige punten van hoogere orde volgens de theorie der con
forme overbrenging.
Jrg. VI (1890) bldz. 107. De aansluiting van een driehoeksnet
aan drie punten van hoogere orde volgens de theorie der con
forme overbrenging.
Jrg. VI (1890) bldz. 164. Vergelijkingen tusschen de aansluitings
methoden der parallelle verschuiving en der conforme overbrenging.
Jrg. VII (1891) bldz. 12. Formulieren voor de berekening en
vereffening van driehoeksmetingen en polygonen.
Jrg. IX (1893) bldz. 69, 103, 133. De fotografie als hulpmiddel
voor architectuur en terreinopnemingen.
Jrg. X (1894) bldz. 3. Gebruik en opstelling van den vrij-
zwevenden pantograaf.
Jrg. X (1894) bid. 121. Een en ander over kaartprojectiën.
Jrg. XI (1895) bldz. 3, 183. Een en ander over kaartprojectiën.
Jrg. XV (1899) bldz. 124. Uit de praktijk.
Jrg. XVI (1900) bldz. 3. Mechanische vereffening.