21
namens het College van Directeuren der Rijkslandbouwschool te
Wageningen, met uitnoodiging tot eene conferentie van het Bestuur
der Vereeniging voor K. en L. met genoemd College.
Volgens dat schrijven bestond er bij dat College aanleiding de
vraag te overwegen, óf het op zijn weg ligt pogingen aan te wenden
om van de Regeering te verkrijgen, dat de opleiding van de land
meters van het kadaster in het vervolg zou geschieden aan de
afdeeling Hoogere Land- en Boschbouwschool te Wageningen.
Namens het Bestuur werd door den Voorzitter geantwoord: „dat
bij de leden van ons Bestuur niet het minste bezwaar bestaat tegen
het bijwonen van zoodanige conferentie".
Hij meende er echter op te moeten wijzen, dat de Algem. Verg.
het Bestuur slechts gemachtigd heeft zooveel mogelijk werkzaam
te zijn om eene opleiding tot landmeter ie verkrijgen op den
grondslag van het programma van examen-eischen, in die vergade
ring vastgesteld.
Over de vraag, waar die opleiding het meest gewenscht is: te
Wageningen, te Delft of aan eene op te richten vakschool, heeft
de Vergadering zich echter niet uitgelaten.
Dit mededeelende om mogelijke teleurstelling te voorkomen,
besloot de Voorzitter zijn antwoord met de herhaalde verzekering,
dat het Bestuur overigens gaarne bereid is nader overeen te komen
over plaats en tijd voor eene samenkomst.
Na dit schrijven werd in dezen niets naders van het College
vernomen.
Na de vorige Algem. Verg. kwamen Bestuur en Redactie twee
maal te zamen n.l. op 7 Nov. 1901 in Den Haag en op 5 Aug. 1902
te Amsterdam.
In de laatste bijeenkomst werd naar aanleiding van een schrijven
aan de heer Hoffmann van de heer A. J. van Schermbeek,
Leeraar aan de Rijkslandbouwschool te Wageningen, besloten,
dezen uit te noodigen op de 18e Algem. Verg. zijne beschouwingen
over bodemkaarten en bodernregisters en de met behulp daarvan
te verkrijgen gegevens voor de z. i. meest rationeele heffing van
grondbelasting te willen uiteenzetten.
De heer van Schermbeek werd daartoe bereid gevonden.
Het is het Bestuur een genoegen, dat de leden der Vereeniging
daardoor in de gelegenheid komen een theoretisch en praktisch