259
jongelieden, die van Wageningen komen, hierin verre ten achterstaan bij
de jongelieden, die den vijfjarigen cursus hebben gevolgd. Dit is te meer
ie betreuren, omdat men in sommige Indische landbouwkringen vooral
jongelieden wenscht, die de school te Wageningen hebben bezocht.
Ik dring er daarom bij den Minister met ernst op aan, om bij zijn
reorganisatieplannen op te nemen een reorganisatie van de tegenwoordige
hoogere burgerschool met 4-jarigen cursus.
Daarbij kan de Minister, naar het mij voorkomt, tweeërlei weg be
wandelen. Of hij kan van de hoogere burgerschool een klasse afnemen
en die voegen bij de twee klassen van de hoogere landbouw- en bosch-
bouwschool, een plan dat reeds door sommige deskundigen is aangegeven.
Of hij kan van de hoogere burgerschool met 4-jarigen cursus er een
maken met 5-jarigen cursus, terwijl dan de hoogere landbouw- en bosch-
bouwschool in haar tegenwoordigen toestand kan blijven.
Ik wil het hierbij laten. Alleen wensch ik er nog op te wijzen, dat
de moreele toestand te Wageningen niet is, die hij wezen moet. Nu de
hoogere burgerschool een onderdeel is van de hoogere landbouw- en
boschbouwschool, worden de jongelieden die de lessen van die school
bijwonen, geacht te behooren tot dezelfde groep, als de hoogere burger
school bezoekt Daardoor gaan jongelieden van zeer verschillenden leeflijd
met elkaar om, en worden vereenigingen gecreëerd, die voor de jongere
elementen groote zedelijke gevaren met zich brengen, verleid als zij vaak
worden door oudere kameraden.
En dat ik hier niet spreek zonder grond, kan blijken uit het schrijven
dat ouders en voogden hij den aanvang van den cursus van den directeur
ontvingen en dat van den volgenden inhoud is:
«Wrageningen, Sept. 1901.
E. S.
Bij het begin van den cursus acht ik mij verplicht u, als ouders,
voogden en verzorgers, te wijzen op de wenschelijkheid om de aan uwe
zorg toevertrouwde leerlingen der H. B. S. geen lid te laten worden van
eenigerlei sociëteit en geen verlof te geven tot het geregeld bezoeken van
koffiehuizen. De ondervinding heeft mij geleerd, dat het bezoeken dier
inrichtingen zeer verkeerden invloed heeft op studie, karakter en be
schaving. Wel wensch ik niet in te grijpen in het particulier leven dei-
leerlingen onzer H. B. S. en in het recht der ouders, maar ik meen niet
verantwoord te zijn, wanneer ik u niet waarschuw tegen de gevolgen,
die ik heb waargenomen. T,
De Directeur der II. B S
Dit schrijven noopt mij, ook uit ethische overwegingen, er bij den
Minister op aan te dringen, de twee inrichtingen, die te onzaliger ure
in verband met elkander zijn gebracht, bij de toekomstige reorganisatie
van elkander te scheiden.
