Reorganisatie van het Landbouwonderwijs.
Aan een rede, door den burgemeester van Wageningen, Mr. H. F. Hes-
selmk van Suchtelen, in de jongste Raadsvergadering uitgesproken,
is het volgende ontleend:
„Met groote belangstelling zien we den uitslag te gemoet van het overleg
tussehen Regeering en Staten-Generaal over de reorganisatie van het.
R. Landb. onderwijs in verband met de hangende herziening der wet op
het H. Onderwijs. En geen wonder! Want als iets bestemd schijnt om
op de verdere lotgevallen der gemeente een beslissenden invloed uit te
oefenen, dan zeker die reorganisatie. Vermits de plannen der Regeering
ten deze zelfs in grove omtrekken nog geen publiek domein zijn geworden
en men zich dus dienaangaande slechts in gissingen kan verdiepen, zoude
het geen pas geven daarover nu in bespreking te treden. Indien ik
daarvan met een enkel vluchtig woord gewag maak, dan is het omdat,
waai wij in dit oogenblik met de gebrekkige gegevens, die wij daartoe
bezitten, de vraag trachten te beantwoorden, wat de naaste toekomst
vooi deze gemeente in baar schoot verborgen houdt, niet met volkomen
stilzwijgen kan worden voorbijgegaan een zaak, die zich zoo aan onze
gedachten opdringt als deze. Maar wij loopen niet op een onzekere
toekomst vooruit, we geven ons niet over aan hoopvolle verwachtingen,
die wellicht even ongemotiveerd zouden zijn als vrees voor teleurstelling'
indien wij herinneren, dat ruim 30 jaren lang, n.l. sedert 1873 een
gemeentelijke landbouwschool hier werd geopend, de gemeente Wageningen
en het landbouwonderwijs zoo innig met elkaar verbonden zijn geweest,
dat beide nagenoeg woorden van gelijke beteekenis zijn geworden en men'
zich het een moeilijk van het andere gescheiden denken kan. Gedurende
dien tijd heeft de R. Landb. School uit een kleine kern zich tot een
bloeiende instelling van onderwijs ontwikkeld, is van haar in steeds toe
nemende mate kracht aan de wetenschappelijke beoefening van den landbouw
uitgegaan, heeft zij hare leerlingen bij honderdtallen zoowel in Indië als
hier te lande met eere en met succes bij het practisch landbouwbedrijf
en in ambtelijke betrekkingen ten behoeve van den landbouw zien optreden.
En indien de ervaring met de vestiging der R. Landbouwschool hier ter
stede tot een slotsom van thans actueel belang heeft geleid, dan, naar ik
meen, tot deze, dat evengoed als een Middelbare, ook een Hoogere, ja