87
4°. Verkaveling op zoodanige wijze dat elk perceel een voor de
exploitatie doelmatigen vorm verkrijgt.
Al naar gelang van de plaatselijke toestanden treedt het eene
of het andere doeleinde op den voorgrond.
De Arcadië-schrijver in Het Vaderland van 1 Sept. j.l. erkent
dat de toestanden, in de N, B. C, geschetst, onhoudbaar zijn,
maar meent dat de boeren zich zelf moeten helpen in plaats van
uit te zien naar den sterken arm van den staat. Zij kunnen
immers met elkaar ruilen, nu het mutatie-recht op lU procent is
teruggebracht! „Met al dat telkens en telkens weer vragen om
„staatshulp voor dit en staatssubsidie voor dat, loopt de landbouwer
„gevaar zijn zelfstandigheid te verliezen en te vergeten, dat zijn
„bedrijf alleen dan vooruit gaat als hij zelf de handen steekt uit
„de mouw."
Had die schrijver de toestanden, waarover hij oordeelt, onderzocht,
had hij eens nagegaan op welke wijze dan wel door ruiling een'
betere toestand kon geschapen worden, hij zou spoedig hebben
ingezien dat zijn redmiddel te eenenmale ontoereikend is. humers,
gesteld al dat een 10- of 20-tal boeren al hunne eigendommen
hadden liggen in een afzonderlijk blok, dat zij, alsmede de hypo
theekhouders en andere belanghebbenden, het over een nieuwe
vei kaveling van dat blok, in elk opzicht, eens werden, dan zouden
zij tegen veel verkavelingskosten nog niet bijster veel gewonnen
hebben. De ervaring, vooral in de Zuid-Duitsche staten, heeft
geleerd, dat dergelijke vrijwillige ruilverkavelingen op kleine schaal
geen groot nut hebben: het doel wordt niet of slechts gebrekkig
bereikt. Daarbij hebben zij het groote nadeel dat zij eene algemeene
georganiseerde ruilverkaveling bemoeilijken of verhinderen.
Dit geldt ook voor Staphorst en Rouveen. Slechts doortastende
maatregelen, steunende op een wet. kunnen hier afdoende, maar
dan ook verrassend groote verbetering brengen.
Wordt aldaar eene ruilverkaveling, de geheele streek omvattende,
tot stand gebracht, zoodat het landschap wordt doorsneden door
vei harde verkeerswegen en een net van goed onderhouden veldwegen
en door waterloopen die een afdoende lossing van het overtollige
water verzekeren, dan zal juist het tegendeel gebeuren van hetgeen
de Aicadië-schrijver van het Vaderland onderstelt.
In Plaats van „zijne zelfstandigheid te verliezen" zal de boer
zich dan eerst vrij gevoelen, d. w. z. in de toegankelijkheid,