131 ontkennend is beantwoord, wanneer de regeering en de landdag toege ven, dat zij kan vervallen, eerst dan komt de vraag aan de orde„Is de General-Kommission het voor de uitvoering aangewezen lichaam Nu zegt men: „de General-Kommissionen bezitten ervaring", maar deze werd opgedaan ten platten lande of in de omgeving van kleinere steden; op het gebied der groote steden deden zij geen ondervinding op. Niet alleen de waarde der eigendommen, maar ook de geaardheid der grondbezitters is geheel afwijkend, van wat zij in beiderlei opzicht leerden kennen. In de groote steden wemelt het van speculanten, die hun grond eigendom anders beheeren dan de eigenaren der kleine steden en van het platteland. Dientengevolge moet geheel anders worden opgetreden, tegenover de speculanten der groote steden, als tegen over de eigenaren in de kleine. Hiervoor kan dus door de General-Kommission geen partij worden getrokken van de geoefendheid, die zij zich eigenmaakte om met belanghebbenden om te gaan. Verder redeneert men: „de General-Kommission beschikt over een grooten staf van ambtenaren". Deze ambtenaren zijn ongetwijfeld menschen van veel ervaring, maar alweer, enkel op het gebied van landelijke verhoudingen. Met aandrang waarschuw ik, deze ervaring toch vooral niet te gaan toepassen op de groote steden. Het is daarom bij mij zeer de vraag, of de General-Kommission wel in staat zou zijn, zelfs maar in beperkte mate, alleszins betrouw baar arbeidsvermogen te leveren. De afgevaardigde uit Krefeld. wees er reeds op, dat aan de belangen der groote steden door dit ontwerp geen groote dienst werd bewezen, dat veeleer door er op in te gaan, deze ernstig bedreigd zouden worden. Dat ligt ook voor de hand. De stedelijken uitbreidingen zijn geworden tot het onderwerp van een zelfstandigen tak van wetenschap, en gaan met buiten gewone moeilijkheden gepaard. En deze zouden nu gebracht worden onder de bemoeiingen van het ministerie van Landbouw. (Levendiye instemming. Tegenspraak.) Er is een spreekwoord dat zegt: „men geeft de geit een aanstel ling als tuinier r (Vroolijkheid.)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1904 | | pagina 135