14
en zich niet ophoopen t.ot na de voltooiing van den terreinarbeid.
Uit de sluitingsfouten der 26 volgemeten driehoeken verkrijgt men
volgens de bij de internationale graadmeting aangenomen formule
voor de middelbare fout van den op het station vereffenden hoek 0",67.
Uit de stationsvereffeningen vindt men voor de middelbare fout der
gewichtseenheid I ",21hieruit zou voor de middelbare fout van den
op het station vereffenden hoek, met het gewicht 12, volgen 0",35,
ongeveer de helft van het uit de sluitingsfouten afgeleid bedrag.
Wat de nauwkeurigheid der hoekmetingen betreft staat de triangu
latie van Zuid-Sumatra niet achter bij de meeste in Europa uitgevoerde
triangulaties;1) volgens het rapport door Generaal Ferrero uitge
bracht in de 12e Algemeene Vergadering der Association géodésique
internationale, gehouden te Stuttgart in 1898, is toch het bedrag
der middelbare fout afgeleid uit de sluitingsfouten, bij de door hem
beschouwde triangulaties gemiddeld te stellen op 1". Dat de be
reikte nauwkeurigheid niet zóó groot is, als bij de nieuwste Euro-
peesche triangulaties, b.v. de Pruisische en de Nederlandsche, is
trouwens geen wonder, als men in aanmerking neemt, dat bij deze
het voorschrift bestaat alleen onder bepaald gunstige omstandig
heden, dus bij volmaakt rustige beelden, hoekmetingen uit te voeren.
Op Sumatrawaar inderdaad gunstige omstandigheden zich maar
zeer zelden en dan nog voor zeer korten tijd voordoen, zou een
dergelijk voorschrift onberekenbare vertraging der metingen en niet
te rechtvaardigen opdrijving der kosten tengevolge hebben.
c. De astronomische waarnemingen.
Voor de oriënteering van het driehoeksnet in verband met de
berekening van de coördinaten der driehoekspunten moet van een
van deze de geographische breedte, en van een driehoekszijde het
azimut bekend zijn. De astronomische waarnemingen hiervoor noodig
zijn uitgevoerd op het station G. Dempoe in de Lampongsche Districten,
gelegen op een vrij gemakkelijk te bereiken heuvel, in de maanden
Juli en Augustus 1897 door den Kapitein L. H. F. Wackers;
daarbij werd gebezigd een 10-duims universaalinstrument van Pistor
en Martins en een tijdmeter van Hohwii. De observatiehut op dit
station was voor deze waarnemingen voorzien van een beweegbaar dak.
Voor de tijdsbepalingen werden zenitsafstanden gemeten van
Men zie hiervoor den vorigen jaargang van dit Tijdschrift hl. 239 en 240.
(Red.)