Versterking van het Indische kadastrale personeel
met ambtenaren uit het moederland.
Uit hoogst betrouwbare bron werden ons omtrent dit onderwerp
eenige mededeelingen gedaan, die in resumtie hierop neerkomen.
De uitzending binnen betrekkelijk korten tijd enkele maanden
zonder schade voor de promotiebelangen der bestaande Indische
ambtenaren, van drie a vier Nederlandsche landmeters, wordt in
gezaghebbenden kring overwogen.
De vereischten waaraan eventueel uit te zenden ambtenaren
behooren te voldoen zijn
a. physieke geschiktheid voor den dienst in de tropen;
b. de leeftijd van acht en twintig jaar mag door hen niet zijn
overschreden
c. onafgebroken moeten zij hier te lande als landmeter voor den
velddienst werkzaam zijn geweest;
d. in het tijdsverloop sub c bedoeld, of op andere wijze moet
zijn gebleken, dat de volledige uitvoering der voorschriften
voorkomende in de Handleiding voor de technische werkzaam
heden van kadastrale hermetingengeen onoverkomelijke moei
lijkheden voor hen oplevert.
Indië verwacht dus uit Nederlandde besten der jongeren, en
terecht; de zelfstandigheid van den Indischen ambtenaar van het
kadaster toch is zeer groot, zijne verantwoordelijkheid daaraan
evenredig, en daarbij van moreelen aard, gelet op de eigenaardige
verhouding waarin de Europeesche tot den Inlandschen ambte
naar staat.
Men beoogt de voor den Indischen dienst aangewezenen over te
laten gaan onder toekenning van den rang van adjunct-landmeter
der le klasseonder vrijstelling van het examen voor landmeter
der 3e klasse, dat voor de Indische adjuncten verplichtend is.
Tijdens den diensttijd als adjunct, wordt onder beproefde leiding
gelegenheid gegeven, zich aan te passen aan de nieuwe ambtelijke
levensvoorwaarden.