194
reeds tot stand gekomen reorganisatie van het onderwijs aan de
Rijkslandbouwschool.
Alle vakken, noodig voor den aanstaanden landmeter, zullen te
Wagetiingen onderwezen worden.
Goede onderwijskrachten zijn aanwezig. Er bestaat dus niet het
minste bezwaar om bij de verschillende richtingen, waarin zich de
leerlingen zullen kunnen ontwikkelen, ook rekening te houden met
de eischen van de studie voor landmeter van het kadaster.
Dit bezoek droeg er niet weinig toe bij het Bestuur te doen be
sluiten, met klem de opleiding ter sprake te brengen aan het De
partement van Financiën.
Op 19 November 1903 werd ter audiëntie gegaan bij Z.E. den
Minister van Financiën.
Bij den aanvang van zijne inleiding was het den Voorzitter
een genoegen Z.E. ook mondeling te kunnen bedanken voor de
onbeperkte toepasselijk verklaring, ook voor landmeters en aspirant
landmeters, van het Kon. Besl. d.d. 5 Jan. 1884 Stbl. N°. 4. be
trekkelijk reis- en verblijfkosten voor dienstreizen.
Daarna ontwikkelde hij uitvoerige beschouwingen over de op
leiding van landmeters en besloot met eene korte aanbeveling van
de instelling eener afzonderlijke afdeeling „Kadaster en Hypotheken"
als het meest geschikt, om het kadaster zooveel mogelijk tot nut
der maatschappij te kunnen doen strekken.
De minister uitte gedurende het onderhoud zijne sympathie voor
de instelling van het kadaster en de kadasterambtenaren.
Gaarne wil hij alles doen om verbeteringen aan te brengen.
Wat de ambtenaren betreft, hij houdt van knappe lui.
In beginsel voelt hij er echter veel voor, dat iedereen naar de ambte
naarsbetrekking moet kunnen mededingen, onafhankelijk van de wijze
waarop hij de vereischte kundigheden verkregen heeft en in zooverre
is hij geen bepaald voorstander van gedwongen opleiding hier of daar.
Dat wil echter nog niet zeggen, dat hij niet overtuigd zou kunnen
worden van de noodzakelijkheid daartoe.
Wat den wensch van kultuurtechnische ontwikkeling voor de
toekomstige landmeters betreft, het Departement van Financiën
heeft daarbij geen belang en dus geen aanleiding om het programma
van examen-eischen met kuituurtechniek te bezwaren.
Mocht echter door „Landbouw" de wenschelijkheid daarto