235 treffende de bewijskracht van het kadaster, zichzelven rekenschap gaven van de kosten, die eene dergelijke regeling zou vergen, en van den tijd, dien de bewerking van een kadaster, geschikt om bewijskracht te erlan gen, in beslag zoude nemen. Het laat zich toch aanzien, dat de voorbe reidende maatregelen voor de invoering eener zoodanige regeling, in tijd en geld hoogst belangrijke offers zouden eischen. Bij de beraadslaging wordt over deze onderwerpen niet gerept. Vde HOOFDSTUK (Binnenlandsche Zaken). Voorloopig Verslag. Art. 212. Men verlangde te worden ingelicht omtrent het aantal per sonen, dat uit dezen post bezoldiging ontvangt, alsmede omtrent het bedrag, dat ieder hunner daarvan ontvangt. Gevraagd werd voorts, of er onder deze personen ook zijn, die jaarwedden ontvangen uit den gelijknamigen post op hoofdstuk VUB, en, zoo ja, tot welk bedrag dat geschiedt. Voorts werd gevraagd, of, en zoo ja, welke maatregelen van Regeerings- wege zijn getroffen tot instandhouding van de met groote kósten in openbare en bijzondere gebouwen aangebrachte waterpassingsmerken men meende te weten, dat herhaaldelijk zulke merken zijn vernietigd. Memorie van Antwoord. Art. 212. In doorloopenden dienst van de Rijkscommissie voor Graad meting en Waterpassing zijn thans twee ingenieurs le klasse op eene jaarwedde van ƒ2800, vijf ingenieurs op eene jaarwedde respectievelijk van 2400, ƒ2100, ƒ1800, ƒ1800 en ƒ1500, een schrijver op eene jaar wedde van 600, een ambtenaar belast met sterrekundige waarnemingen op eene jaarwedde van 1400 en twee landmeters van het kadaster, gedetacheerd bij de Rijkscommissie op eene jaarwedde van ƒ2200 en ƒ1600. (Deze beide laatstgenoemde ambtenaren zijn wel in dienst bij de Rijkscommissie, doch worden niet uit haar budget betaald.) Voor de terreinwerkzaamheden der driehoeksmeting worden 's zomers naar gelang van behoefte werklieden-heliotropisten en timmerlieden in dienst genomen op daggelden van ƒ2 a ƒ3,75. Om waarschijnlijk gedurende enkele maanden werkzaam te zijn is sedert kort een tijdelijk rekenaar in dienst op een daggeld van ƒ3. Door geen andere personen worden bezoldigingen genoten uit de gelden der Rijkscommissie. Omtrent de vraag, of er onder deze personen ook zijn, die jaarwedden ontvangen uit den gelijknamigen post op hoofdstuk VUB en zoo ja, tot welk bedrag dit geschiedt, zij opgemerkt, dat de subsidies op hoofdstuk

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1904 | | pagina 245