24
„Topographisthe en geologische beschrijving van Zuid-Sumatra,op
genomen in den tienden jaargang, 1881, van het Jaarboek van het
Mijnwezen, die aan verschillende bronnen zijn ontleend. Zoo is de
Rated niet 1554 M. (bladz. 158, zeekaart) maar 1680 M. hoog; de
Tenggamoes (Tcmgkamoes) niet 2280 M. maar 2100. De Poegoeng,
de bekende berg Noord van Kroë en Oost van de Ranau, „waarvan
de hoogte 1200 M. niet veel zal te boven gaan" -(bladz. 191) is
1963 M. hoog; de Pematang Agoeng is niet 1760 M. (bladz. 161) maar
1640 M. hoog; de Djaboet Tjapoet bladz. 163) niet 2000 voet (sic.),
maar 1802 M.de Ringgit I, nagenoeg 2000 M. (bladz. 163) is
2127 M. hoog, en de Patah, die „waarschijnlijk meer dan 2200
M. hoog" is (bladz. 164), bereikt een hoogte van 2815 Meter; hij
is na den Dempoe de hoogste berg van Zuicl-Sumatra.
De grens van het deel van Zuid-Sumatrci, waar de vaste punten
door trianguleering zullen worden bepaald, is aangegeven op de
kaart. Ten oosten daarvan treft men in de residenties Lnmpongsche
Districten en Palembang slechts nagenoeg vlakke terreinen aan, die
voor het grootste gedeelte met zwaar bosch zijn bedekt en vooral
meer nabij de kust bestaan uit uitgestrekte moerassen; cle trian
gulatie zou daar met bijna onoverkomelijke moeilijkheden gepaard
gaan en kosten met zich slepen, geheel buiten verhouding tot het
nut, dat er uit zou voortvloeien.
Aldaar zullen de vaste punten worden verkregen door op een
aantal stations, op onderlinge afstanden van 30 tot 40 kilometer,
astronomische waarnemingen uit te voeren ter bepaling hunner
geographische ligging. Deze methode is met het meeste succes
toegepast bij de opneming der Wester-Af deeling van Borneouit
gevoerd van 1886—1896 voor de vervaardiging eener topographische
kaart op de schaal 1200 000.
In de tweede helft van 1902 is met deze werkzaamheden een
aanvang gemaakt door den kapitein S. Blok, door wien waarnemingen
zijn uitgevoerd op de hoofdplaats Pcdernbang en op een viertal punten
langs de Oganrivierdie op de kaart zijn aangegeven.
De punten worden verzekerd door middel van steenen pilaren
van dezelfde afmetingen als op de punten der derde orde en voor
zien van een hardsteenen plaatje, waarop de letters A. S. (astro
nomisch station) en het registernummer.
0. De geografische plaatsbepalingen.