244
H. Löscliner. K. K. Ingenieur. Notiz über den Senkel. Heft 2.
Behandelt de vraag of aan een enkelvoudig of dubbelschietlood
de voorkeur moet worden geschonken. In de aanteekening wordt
nog de aandacht gevestigd op het zoogenaamde „Blitzlot" van Sc hul te,
waarvoor wij verwijzen naar Z. f. V. 1903, bldz 555.
Ibel. Steaerassessor. Die Triangulierung für die Neuaufnahme von
Nümberg. Heft 3.
S. Truck. K. u. k. Hauptmann d. R. Zur Kartograpliie der
Balkanhalbinsel. Heft 3.
J. Schnöckel. Auseinandersetzungslandmesser. Teilung eines Drei-
ecks.
Puller. Ingenieur. Eine Teilungsaufgabe der Praxis. Heft 5.
Deze artikelen behandelen hetzelfde onderwerp, nl. de verdeeling
van een driehoek in drie vierhoeken van gegeven inhoud, door lood
lijnen, uit een punt binnen den driehoek gelegen, op de zijden
neergelaten.
Het geval heeft zich voorgedaan bij eene ruilverkaveling onder
Geestemünde, en werd daar langs eenvoudigen weg benaderend op
gelost. (Zie Z. f. V. 1903, bldz. 378 e. v.)
Koppe. Militdrische und Technische Topographie. Heft 6.
Een toelichting der bijdrage voorkomende in Heft 1.
L. Wiuckel. Die Tdtigkeit der Geometer bei der Anfertigung von
Bebauungsplanen. Heft 6.
Lube. Stadtischer Vermessungsinspektor. F. a. M. Die Grund-
stücksumlegung in Stadtfeldmarken und in der Südostfeldmark
Dortmund. Heft 6 u. 7.
F. J. Frank. Ingenieur. Das Nullpunktgelenk. Eine Neuerung
an Stahlmessbandern. Heft 7.
Hellmicli. Steinzeicheninstrument für vier- und dreieckige Steine.
Heft 7.
M. Albrecht. Kgl. Landmesser. Die Vermessung der tychonischen
Sternwartenruinen (tuf der Insel Hven im Jahre 1902. Heft 8.