46
op gunstige stukken de waarneming bereden kan volvoeren; dat het
gebruik van het toestel op een rijwiel veel minder opzien baart,
en last not least dat, waar het mocht voorkomen dat een
berijdbare weg snel verkend moet worden, de opname in haar
geheel kan geschieden met een snelheid van 14 a 15 kilometer in
het uur, zooals bij vele proeven inderdaad het geval is geweest.
Het bovenstaande komt dus hoofdzakelijk hierop neer: dat hoewel
met den cyclograaf op een rijwiel zeer goed rijdende opgenomen kan
wordenzijn bestemming in hoofdzaak is om op allerlei soort van terrein
dus ook onberijdbaren grond een snelle methode van veelhoeks-
opname te verschaffen met op wielomtrek gebaseerde afstanden 1).
Algemeen principe van werken.
Het principe van den cyclograaf laat zich in het kort aldus weer
geven in een platte doos, horizontaal op de stuurstang van een
rijwiel bevestigd, bevindt zich een blad teekenpapier, dat met behulp
van er op getrokken meridiaanlijnen, naar aanwijziging van een boven
de doos gemonteerde kompasnaald, steeds volgens het terrein ge
oriënteerd kan gehouden worden. Onder het rijden verplaatst het
papier zich, steeds evenwijdig aan zichzelf blijvende, geleidelijk naar
achteren in de richting van de lengte-as van het rijwiel, waardooi
een boven tegen het papier rustend inktrolletje een lijn er op
beschrijft. Gaat men nu op het terrein een hoek om, dan dient
het papier volgens aanwijzing van het kompas over een gelijken
hoek in tegengestelden zin gedraaid te worden, hetgeen steeds
geschiedt om een punt vlak onder het inktrolletje als middelpunt.
Daarna volgt weder de voortgaande beweging van het papier naar
achteren, en zoo voort, waardoor gaandeweg op het papier een
lijn ontstaat, die den vorm van den gevolgden weg nauwkeurig
weergeeft.
Details der constructie.
Excentriek.
De beweegkracht voor den cyclograaf wordt ontleend aan een
i) ])at ik mij in de hierboven uiteengezette opvatting in belangrijken rugsteun
mag verheugen, bleek uit een gedachtenwisseling, die ik daaromtrent mocht
hebben met Professor Dr. E. Hammer, de bekende autoriteit op practisch
geographisch gebied te Stuttgart. Prof. Hammer liet zich over een en ander
ook in denzelfden zin uit in zijn verhandeling over den pedograaf in «Dr.
Petermann's Oeographische MitteilungenGotha, 1903, Heft VIII.