85 wordt dit dan'? Wanneer men bedenkt, dat men nu in Delft wenscht te stichten vijf afdeelingen en naderhand de gelegenheid wenscht open te houden om dat aantal nog te vermeerderen, wanneer men nagaat het aantal professoren, dat werkzaam is in Delft afgetrokken die hoog leeraren, die bij aansluiting zouden kunnen vervallen dan wordt de geheele omvang, niet alleen wat het personeel, maar ook wat de laboratoria, instituten en hulpmiddelen betreft, zoo groot, dat een ernstige disproportie zou ontstaan tusschen de monsterfaculteit en de overige. Maar toch is het niet uitsluitend die omvang, die mij beweegt aan een Hoogeschool de voorkeur te geven. Wanneer de universitaire opleiding zoo wordt uitgebreid, dat alles er onder begrepen wordt, dan heeft het ook nog het bezwaar, dat bij de jaloezie van de Universiteiten onderling, elke Universiteit zou vragen, wat aan de andere was gegeven. Waar Amster dam zijn bevoegdheid heeft gekregen onder voorwaarde, dat men het on derwijs in gelijken omvang zou geven als aan de Rijks-universiteiten, zou men al spoedig de financiën van Amsterdam nog in meerdere ongelegenheid brengen dan waarin zij reeds thans zijn. Maai' dat is toch niet het hoofd motief, waarom ik aan een Hoogeschool de voorkeur geef en niet licht zou kunnen medewerken tol opneming van deze studie aan de Universiteit. Ik kan nu de Polytechnische School buiten rekening laten, omdat gelijk de heer van Karnebeek zelf heeft gezegd men daar een gepre- judicieerde quaestie heeft. Die school was in Delft, had daar een groote inrichting en hulpmiddelen verkregen en er was iets voor te zeggen, om dit niet voor afbraak te verkoopen en liever te voltooien, wat er was. Maar dit alles raakt de quaestie van het principe niet. De quaestie van het principe, die hier voor mij den doorslag geeft, is deze, dat, mijns inziens, onderscheid moet gemaakt worden tusschen wat is algemeene wetenschap en tusschen hetgeen is de applicatie of de toe passing van het weten, op een bepaald deel van het oeconomische leven. Men werpe mij daarbij niet tegen, dat de medische faculteit een faculteit is, die zelf applicatie geeft, Zoo ik herinneren mag aan het werk van Kant, waaruit ik gisteren citeerde, zal men het wel met Kant eens zijn, dat de drie hoogste faculteiten een geheel andere origine en beteekenis hebben, dan de twee lagere. Het valt niet tegen te spreken, dat de letterkundige en wiskundige fa culteiten oorspronkelijk geen faculteiten geweest zijn, maar uitsluitend voorkwamen onder den naam van scolae artistarum en uitsluitend strek ten voor de voorbereidende studiën, welke voor de drie eigenlijke facul teiten van noode waren. Nu geef ik toe, dat daarin langzamerhand wijziging gekomen is, maar toch een wijziging, welke nooit verder strekt, dan dit, dat die faculteiten mannen afleveren om onderwijs te geven.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1904 | | pagina 89