98
het lid der Centrale Commissie, kunnen binnen veertien dagen na
de nederlegging van het proces-verbaal bij Gedeputeerde Staten be
zwaren indienen, betreffende hetgeen daarin is vermeld, of ter
vergadering is voorgevallen.
«Gedeputeerde Staten doen uitspraak binnen vier weken, tenzij zij
binnen die termijn hunne beslissing bij een met redenen te omkleeden
besluit verdagen.
«Zij beslissen of de ingebrachte of bij hen gerezen bezwaren recht
vaardigen
a. verbetering van het proces-verbaal;
b. het houden van een nieuwe vergadering, waarin hetzij over alle,
hetzij over sommige in hun besluit aan te wijzen punten opnieuw
zal worden gehandeld en beslist, zoo noodig met inachtneming van
daarbij door hun aan te geven formaliteiten. De beslissingen van de
opnieuw te behandelen punten vroeger genomen, zijn van rechtswege
vervallen.
«Hangende den termijn, tot, en de behandeling van het beroep,
worden maatregelen tot uitvoering der ruilverkaveling niet genomen.
«Op het houden van een nieuwe vergadering zijn de bepalingen van
toepassing welke voor de voorafgegane golden.
«De plaatselijke Commissie, of de landmeter, waar aan dezen alleen
de uitvoering is opgedragen, schat de waarde van alle gronden onder
de ruilverkavelingszaak ressorteerende.
«Indien eigenaars, mede-eigenaars, erfpachters of beklemde meijers
van buiten de ruilverkavelingszaak gelegen gronden, verzoeken, dat
deze in de ruilverkaveling worden begrepen, wordt ook de waarde
der door hen alsnog in te brengen gronden geschat.
«De plaatselijke Commissie of de landmeter is bevoegd van nog
andere buiten de grenzen der ruilverkavelingszaak gelegen gronden
de waarde te schatten.
«Afzonderlijk worden geschat
le erfdienstbaarheden ten nutte of ten laste van de zooeven genoemde
landerijen;
2e jacht- en vischrechten, die derden op gronden of wateren hebben;
3e de rechten van erfpacht, beklemming, opstal, vruchtgebruik,
gebruik of bewoning, grondrente of tiend.
«Vermeerdering van waarde van tijdelijken aard door bemesting,
bezaaiing, het te velde staan van vruchten en dergelijke, of vermindering
van waarde van tijdelijken aard door overstrooming, langdurige droogte
en dergelijke, wordt bij de waardebepaling der landerijen niet in
aanmerking genomen. Daarvan vindt afzonderlijke waardeering plaats.
«De schatting geschiedt op de wijze, door de Centrale Commissie