145
daarna eenstemmig hare goedkeuring aan inhoud en strekking
der memorie.
Thans wordt voorgelezen genoemde brief van de Vereeniging
van Hypotheekbewaarders in Nederland, alsmede een daaromtrent
door de afgevaardigden der vereeniging, bij den Bond tot verkrij
ging eener wettelijke regeling van den rechtstoestand der Burge-
lijke Ambtenaren, welwillend gegeven advies.
Na eenige beraadslaging wordt besloten omtrent dit onderwerp
in nader overleg te treden met de Vereeniging van Hypotheekbe
waarders. Op voorstel van den Voorzitter wordt aan den
Secretaris opgedragen aan den heeren adviseurs den dank der
vergadering over te brengen voor hun gewaardeerd advies.
De commissie tot het nazien der rekening over 1904 deelt bij
monde van den heer Paulussen mede, dat die rekening volkomen
in orde is bevonden en stelt voor die rekening goed te keuren.
Dit geschied zijnde bedankt de Voorzitter de commissie voor
hare bemoeiingen.
De begrooling voor 1906 wordt goedgekeurd met een totaal
bedrag aan inkomsten van 1295 en ƒ1155 aan uitgaven.
Punt e der agenda meent de Voorzitter te kunnen afdoen door
den heeren redacteuren te verzekeren, dat de vereeniging hunuen
arbeid zeer waardeert en het zeker op hoogen prijs zal stellen als
zij ook verder de redactie van het tijdschrift op zich willen
nemen.
Alzoo niet de heer Hoffmann, die, om den voor redactioneelen
arbeid vereischten tijd op andere wijze te kunnen benutten, van
zijn mede-redacteurschap wenscht ontheven te worden. Dit verlangen
had bij den geachten redacteur zoo vast wortel geschoten dat de
welsprekendheid van den Voorzitter den krachtigen steun der ver
gadering noodig had, om den heer Hoffmann op zijn besluit te
doen terugkomen en dan nog maar in zooverre, dat hij zich bereid
verklaarde nog tot het einde van 't volgende jaar zijn steun aan
onze „groene" te blijven verleenen. De Voorzitter drukt jegens
den heer Hoffmann zijn erkentelijkheid uit voor deze toezegging,
en brengt, nadat door den heer de Vos verdere medewerking aan
de redactie is toegezegd, beiden heeren dank voor de wijze waarop
zij zich van hun taak hebben gekweten.
De plaats van bijeenkomst in 1906 gaf tot eenige discussie aan
leiding. Vier plaatsen werden genoemd, n.l. Amsterdam, Breda,
