193 1 het waarschijnlijk aantal driehoeken aangeeft, waarvan de sluitfout eene bepaalde grootte heeft, terwijl een zich langs die gebogen lijn slingerende gebroken lijn een voorstelling geeft van het werkelijk aantal driehoeken met die bepaalde sluitfouten. In mijn bezit is zoo'n grafische voorstelling, waarop bedoelde lijnen geconstrueerd zijn voor de volgende series driehoeken: Fouten begrepen tussehen Waarschijnlijkheid p. n' N.p. n Sluitfouten j in volgorde der grootten. 0 a3 5",78 0,3079 6 7 3,0 0 a4 7",64 0,3992 8 8 4.1 4.2 0 a5 9".92 0 a6 12",40 0,5027 0,6038 10 12 8 11 4,7 6,1 10,6 0 a7 15",08 0,6981 14 13 10,6 11,1 0 as 18",80 0 a9 21",07 0,8019 0,8508 16 17 16 16 14,3 14,8 15,6 0 aio 23",97 0,8991 18 18 15,7 17,9 0 au 28",72 0 ai2 34",09 0,9507 0,9804 19 20 19 20 23,4- 23,9 24 2 0 ais 56",82 0,9999 20 20 29,6 Ook heeft men voor de driehoeksmetingen in Italië grafische 7 1 O.J" Aantal driehoeken. Gebruikt instrument. Middellijn cirkelrand. Hoeken ge meten n maal. Sluitfout m V n 1508 2204 2170 Troughton Simms. id. Troughton Simms. met noniusaflezing. 13 a 17,5 cM. id. id. 6 maal. 6 6 9", 22 10",94 10",93

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1905 | | pagina 199