242 13 d <p(2)ts d ip ti (1) 0 en (1) (2) d <p d \p =0, omdat de hoeken in de driehoeken I en II te zamen 360° moeten blijven. Door de laatste vergelijkingen kan men d (p en d \p uitdrukken in (1) en (2). Stelt men m en n dan vindt men d 0 -j- (m 1) (1) n (n -f~ 1) (2) en d \p m (1) n (2). Vergelijking (A) wordt nu U (2) -|-16 i (2) m (1n f2) 14-1,713) _ta 1 (34- m f 1n(2)i Ar of: ts ts)m (1) -td-j-tö n tö ts) (2) -j- (t? ts) (3)= A, in het formulier aangegeven door: pm (1) (q pn) (2) -f r (3) A of: ai=pm; a2 q pn; as r. o. 1. tl ts t 4 t 3 13 "f" ts ts -f- ts

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1905 | | pagina 250